NTFR 2007/2303 - Als overheid optredend verkooporgaan voor melkquota is niet concurrentievervalsend
Aflevering 51, gepubliceerd op 20-12-2007 met annotatie van mr. dr. J.Th. SandersHet publiekrechtelijke lichaam Landesanstalt für Landwirtschaft (een deelstatelijke instelling voor landbouw) exploiteert het enige verkooporgaan voor melkquota in de Duitse deelstaat Beieren. De overdracht van melkquota verloopt via dit verkooporgaan. Ter vermindering van de koemelkoverschotten centraliseert deze Landesanstalt de aanbiedingen van producenten die melkquota wensen te verkopen en die van producenten die deze wensen te kopen. Götz, een melkproducent in Beieren, heeft in 2001 verklaard een quotum voor de levering van 16.500 kg te willen kopen tegen een prijs van maximaal 2 DEM/kg. De Landesanstalt heeft hem op 3 april 2001 meegedeeld dat zijn aankoopbod op 1 april 2001 was gehonoreerd tegen een evenwichtsprijs van 1,58 DEM/kg. Zij heeft een op zijn naam gestelde factuur opgemaakt, waarop de btw niet afzonderlijk is vermeld. Götz, wiens handelingen voor de btw zijn belast, heeft een bezwaar ingediend bij de Landesanstalt, teneinde te bewerkstelligen dat een factuur zou worden opgemaakt met btw. Op de prejudiciële vragen in de daarop volgende gerechtelijke procedure verklaart het Hof van Justitie EG voor recht dat een verkooporgaan voor melkquota geen landbouwinterventiebureau is in de zin van art. 4, lid 5, derde alinea, jo. punt 7, bijlage D, Zesde Richtlijn, en evenmin een bedrijfswinkel in de zin van art. 4, lid 5, derde alinea, jo. punt 12, bijlage D, Zesde Richtlijn. De behandeling van een verkooporgaan voor melkquota als niet-belastingplichtige voor de werkzaamheden of de handelingen die het als overheid verricht in de zin van art. 4, lid 5, Zesde Richtlijn kan geen concurrentievervalsing van enige betekenis teweegbrengen, omdat dat verkooporgaan in dit geval niet wordt geconfronteerd met particuliere marktdeelnemers die handelingen verrichten die concurreren met de door de overheid verrichte handelingen. Aangezien dit geldt voor elk verkoopbureau voor melkquota dat werkzaam is in een bepaald, door de desbetreffende lidstaat gedefinieerd overdrachtsgebied, is dit gebied de relevante geografische markt voor de vaststelling of sprake is van concurrentievervalsing van enige betekenis.