Aflevering 47

Gepubliceerd op 25 november 2010

NTFR 2010/2656 - Winstrechtloze aandelen: hoe deze fiscaal te behandelen?

Aflevering 47, gepubliceerd op 25-11-2010 geschreven door mr. A.J.M. Arends
Nadat het wetsvoorstel tot vereenvoudiging en flexibilisering van het bv-recht op 31 mei 2007 was gepubliceerdKamerstukken II, 2006-2007, 31 058, nr. 2. heeft het tot 22 juni 2010 geduurd voordat het wetsvoorstel voor de Invoeringswet op 22 juni 2010 bij de Tweede Kamer is ingediend en op 25 juni 2010 gepubliceerd. Het eerstgenoemde wetsvoorstel is op 15 december 2009 door de Tweede Kamer aangenomen en is inmiddels bij de Eerste Kamer ingediend. Het wetsvoorstel met betrekking tot de Invoeringswet is momenteel bij de Tweede Kamer in behandeling, het wachten is op de nota naar aanleiding van het verslag. Daarna zal naar verwachting de Eerste Kamer beide wetsvoorstellen gelijktijdig willen behandelen. Of dit ertoe leidt dat de wetsvoorstellen nog voor 1 januari 2011 tot wet worden verheven valt derhalve nog te bezien. Hoe dan ook het traject vanaf indiening van het wetsvoorstel tot flexibilisering van het bv-recht tot daadwerkelijke inwerkingtreding mag dan voor civielrechtelijke wetsvoorstellen wellicht niet eens zo opzienbarend lang zijn, met betrekking tot fiscale wetgeving zijn fiscalisten een veel sneller wetgevend proces gewend. Dat valt uiteraard te verklaren maar echt wennen doet het niet. Nadat was aangekondigdNV, Kamerstukken II, 2008-2009, 31 058, nr. 6, p. 36. dat bij het wetsvoorstel Invoeringswet ook op de fiscale aspecten zou worden ingegaan, bleek bij de publicatie van het wetsvoorstel dat er geen fiscale wetsaanpassingen nodig werden geacht. Wel is in de memorie van toelichting ingegaan op fiscale aspecten van de voorgestelde flex-bv-wetgeving voor de vennootschapsbelasting, de inkomstenbelasting, de loonbelasting en de overdrachtsbelasting.Kamerstukken II, 2009-2010, 32 426, nr. 3, p. 7 t/m 12.

NTFR 2010/2657 - Eerste Kamer verzoekt om integrale visie woningmarkt

Aflevering 47, gepubliceerd op 25-11-2010
In een motie verzoekt de Eerste Kamer de regering om te komen met een integrale visie op de woningmarkt van zowel huur- als koopwoningen. Daarbij moeten de knelpunten worden opgelost en het beslag van de hypotheekrenteaftrek op de algemene middelen substantieel worden verminderd. De Eerste Kamer verzoekt de regering voor eind 2011 met de visie te komen.

NTFR 2010/2658 - Tweede Kamer neemt Belastingplan 2011 c.a. en de Fiscale verzamelwet 2010 aan

Aflevering 47, gepubliceerd op 25-11-2010
De Tweede Kamer heeft de wetsvoorstellen Belastingplan 2011, Overige fiscale maatregelen 2011 (OFM 2011) en de Fiscale verzamelwet 2010 aangenomen. Op het Belastingplan 2011 heeft de staatssecretaris nog een vierde nota van wijziging ingediend waardoor de extra verhoging van het tarief van de assurantiebelasting per 1 januari 2015 (derde nota van wijziging) weer is teruggedraaid.

NTFR 2010/2660 - Afwaardering regresvordering via gelijkheidsbeginsel toegestaan

ECLI:NL:GHARN:2010:BO2100, datum uitspraak 12-10-2010, publicatiedatum 29-10-2010
Aflevering 47, gepubliceerd op 25-11-2010 met annotatie van mr. J. de Haan
Belanghebbende is op huwelijkse voorwaarden (uitsluiting met Amsterdams verrekenbeding) gehuwd. Haar echtgenoot houdt middellijk een aanmerkelijk belang in een vennootschap. De vennootschap heeft een lening bij de bank afgesloten, waarvoor belanghebbende zich in 2002 hoofdelijk aansprakelijk heeft gesteld. De bv is begin 2005 failliet gegaan. Belanghebbende is door de bank aangesproken. Zij heeft in 2005 € 55.226,90 aan de bank voldaan. De regresvordering op de vennootschap heeft belanghebbende afgewaardeerd tot nihil en genoemd bedrag heeft zij in 2005 als negatief resultaat uit overige werkzaamheden in aanmerking genomen. De inspecteur heeft dat niet geaccepteerd. Het hof is van oordeel dat de (voorwaardelijke) regresvordering ontstaat op het moment dat de hoofdelijke aansprakelijkheid ontstaat (2002), maar dat de tbs-regeling pas van toepassing is bij de feitelijke betalingen aan de bank (2005). Op dat moment dient de regresvordering op de openingsbalans van de werkzaamheid te worden geactiveerd naar de waarde in het economische verkeer. Deze waarde is hier nihil. In zoverre is afwaardering niet mogelijk. Een goedkeurende beleidsregel van de staatssecretaris – waardering op de balans op het betaalde bedrag wordt toegestaan – biedt echter soelaas. Weliswaar ziet die goedkeuring in beginsel op de aanmerkelijkbelangaandeelhouder zelf, maar het gelijkheidsbeginsel brengt mee dat belanghebbende zich ook op die goedkeuring kan beroepen. De geclaimde afwaardering moet daarom worden verleend.

NTFR 2010/2666 - Schuld wegens toekomstige alimentatiebetalingen leidt tot aftrek in box 3

Aflevering 47, gepubliceerd op 25-11-2010 met annotatie van drs. M.P. de Lange-Snijders
Belanghebbende is gescheiden en heeft twee kinderen. Hij heeft in 2006 alimentatie ten behoeve van zijn voormalige echtgenote en kinderen betaald. Bij de aanslagregeling heeft de inspecteur als persoonsgebonden aftrek de betaalde alimentatie in aftrek toegelaten. In geschil is of een alimentatieverplichting – daarnaast – als schuld in de zin van art. 5.3, lid 3, Wet IB 2001 kan worden aangemerkt. Rechtbank Breda heeft die vraag bevestigend beantwoord.

NTFR 2010/2667 - Aanschafwaarde van scootmobiel niet in één keer in aftrek als buitengewone uitgave

ECLI:NL:HR:2010:BO3629, datum uitspraak 12-11-2010, publicatiedatum 12-11-2010
Aflevering 47, gepubliceerd op 25-11-2010 met annotatie van mr. P.T. van Arnhem
Belanghebbende heeft in 2005 in verband met zijn invaliditeit een scootmobiel aangeschaft voor € 5.840. Hij heeft hiervoor geen vergoeding ontvangen. Belanghebbende heeft het volledige bedrag van € 5.840 in één keer als buitengewone uitgave in mindering gebracht op zijn inkomen. Naar het oordeel van de Hoge Raad ten onrechte. Slechts de waardeverandering die het hulpmiddel door gebruik ondergaat, dient tot de buitengewone uitgaven te worden gerekend. Dit is anders indien het hulpmiddel specifiek aan de situatie van de gebruiker is aangepast, en daardoor geen of slechts een geringe marktwaarde heeft. In dat geval mogen de uitgaven in het jaar van aanschaf volledig tot de buitengewone uitgaven worden gerekend. Nu de scootmobiel blijkens de tweedehandsmarkt daarvoor zijn waarde deels behoudt, en de scootmobiel niet is aangepast, kan slechts de waardeverandering in aftrek komen.

NTFR 2010/2670 - Dubbele beboeting voor niet betalen omzetbelasting is niet toegestaan

ECLI:NL:HR:2010:BO3624, datum uitspraak 12-11-2010, publicatiedatum 12-11-2010
Aflevering 47, gepubliceerd op 25-11-2010 met annotatie van mr. J. Kastelein
Belanghebbende, ondernemer, heeft vanaf januari 2001 geen aangiften omzetbelasting meer ingediend. De inspecteur heeft sindsdien telkens voor elke maand een naheffingsaanslag opgelegd. Daarbij zijn voor de tijdvakken van januari 2001 tot en met september 2002 telkens verzuimboetes `wegens niet betalen’ opgelegd. Na een ingesteld boekenonderzoek, heeft de inspecteur aan belanghebbende vervolgens een naheffingsaanslag omzetbelasting opgelegd over het tijdvak 1 januari 2000 tot en met 31 oktober 2002. Daarbij is voorts een vergrijpboete aan belanghebbende opgelegd wegens het niet betalen van de omzetbelasting. Belanghebbende klaagt erover dat sprake is van een niet-toegestane dubbele bestraffing van hetzelfde feit. De Hoge Raad deelt de opvatting van belanghebbende. Hier zijn namelijk over de periode januari 2001 tot en met september 2002 zowel verzuimboetes als een vergrijpboete opgelegd ter zake van dezelfde gedraging, te weten het niet betalen van de omzetbelasting. Dat is niet toegestaan. Daarom dient de vergrijpboete te vervallen.

NTFR 2010/2680 - Betekeningskosten terecht in rekening gebracht aan in gebreke zijnde bestuurder

ECLI:NL:HR:2010:BO3632, datum uitspraak 12-11-2010, publicatiedatum 12-11-2010
Aflevering 47, gepubliceerd op 25-11-2010 met annotatie van mr. M.C.J. Kop
Belanghebbende is als bestuurder aansprakelijk gesteld voor aan een bv opgelegde naheffingsaanslagen. Tegen de aansprakelijkheidsbeschikking heeft belanghebbende bezwaar gemaakt. Voor de duur van de bezwaarprocedure heeft de ontvanger uitstel van betaling verleend. Nadat de ontvanger bij uitspraak op bezwaar de aansprakelijkstelling heeft gehandhaafd, is aan belanghebbende een brief gestuurd dat er binnen tien dagen moet worden betaald. Toen geen betaling volgde, is een schriftelijke aanmaning gestuurd. Belanghebbende heeft deze aanmaning ontvangen. Omdat ook toen geen betaling volgde, is een dwangbevel uitgevaardigd waarbij betekeningskosten in rekening zijn gebracht. Volgens de Hoge Raad is belanghebbende na de aanmaning in gebreke gebleven, en was de ontvanger dus bevoegd een dwangbevel uit te vaardigen. Daarvoor geldt niet als aanvullende eis dat belanghebbende kennis heeft genomen van het aanslagbiljet, van de uitspraak op bezwaar, of van de daaropvolgende kennisgeving dat het uitstel van betaling is ingetrokken. Verder heeft de Hoge Raad onder verwijzing naar HR 5 maart 2010, NTFR 2010/626, geoordeeld dat de betekeningskosten niet strijdig zijn met art. 1, Eerste Protocol, EVRM. Dat wordt niet anders indien het bedrag dat in totaal op grond van de Kostenwet invordering rijksbelastingen wordt geheven, structureel en substantieel hoger zou zijn dan de totale kosten van invordering.