Aflevering 49

Gepubliceerd op 5 december 2002

NTFR 2002/1797 - De hypotheekrenteaftrek

Aflevering 49, gepubliceerd op 05-12-2002 geschreven door prof. dr. J.W. Zwemmer
het is zo ver. Wouter Bos heeft in Den Haag het H–woord uitgesproken. De aftrek van hypotheekrente staat ter discussie. De aftrek wordt nog wel met fluwelen handschoenen aangepakt. Voorgesteld wordt de aftrek te doen geschieden naar een maximaal tarief van 42%, zodat aftrek tegen het tarief van de hoogste schijf ad 52% niet langer mogelijk is. Bestaande leningen blijven buiten schot. De opbrengst van de maatregel wordt aangewend om starters te helpen de overspannen woningmarkt te betreden. Inmiddels is het voorstel overgenomen in het verkiezingsprogramma van de PvdA. CDA en VVD lieten zich deze kans op een schot voor open doel niet ontnemen en constateerden dat de hypotheekrenteaftrek bij de PvdA niet meer in veilige handen was. Inmiddels worden ook vraagtekens gezet bij de effecten van de maatregel op de woningmarkt en wordt erop gewezen dat de eigenaren van dure woningen weliswaar hun hypotheekrenteaftrek hebben, maar in de vorm van OZB en overdrachtsbelasting toch ook een bijdrage leveren aan de algemene middelen. Maar eigenlijk is het rumoer beperkt gebleven. De gevestigde orde – waaronder die van de PvdA – zal in elk geval met een gevoel van opluchting hebben geconstateerd dat bestaande leningen buiten schot blijven. En Wouter Bos, die in zijn vorige rol van bewindsman voor belastingzaken nog riep dat de aftrek van hypotheekrente nooit in veiliger handen kon zijn dat in die van een staatssecretaris van Financiën die net een eigen huis met zo"n lening had aangeschaft, zal ook nog geen verhuisplannen hebben. Geconstateerd moet dan ook worden dat de PvdA heeft bijgeleerd. Menig oudgediende die intussen wellicht tot de aanhang van SP of Groen Links behoort of bij de verkiezingen maar gewoon thuis blijft, zal nog wel eens denken aan de tijden van Den Uyl die de gevestigde orde nog wist te mobiliseren met het voorstel de aftrek zonder overgangsmaatregel te beperken tot leningen met een maximum van een paar ton (in guldens wel te verstaan). Maar ook de top van de PvdA weet intussen dat dit soort radicale voorstellen het wel goed doet bij een deel van de achterban, maar dat het de tegenstellingen binnen de samenleving zodanig verscherpt dat regeringsverantwoordelijkheid buiten beeld blijft.

NTFR 2002/1801 - Antwoorden op kamervragen over schorsing VAMIL, EIA en MIA

Aflevering 49, gepubliceerd op 05-12-2002
In antwoorden op kamervragen inzake de tijdelijke schorsing van de VAMIL, EIA en MIA komen aan de orde de gevolgen van de schorsing, de budgettaire overschrijding, het wetsvoorstel tot goedkeuring van de schorsing en overleg met het bedrijfsleven. Als bijlage is een nadere budgettaire en procedurele analyse met betrekking tot de schorsing toegevoegd.

NTFR 2002/1803 - Sociaal akkoord: spaarloon voor groter deel behouden

Aflevering 49, gepubliceerd op 05-12-2002
In het kader van een sociaal akkoord dat kabinet, werkgevers en werknemers voor 2003 hebben gesloten, is overeengekomen dat het spaarloon voor een groter deel wordt gehandhaafd. De maximale jaarlijkse inleg in 2003 wordt € 613. Eerder was via het Belastingplan 2003 vastgelegd dat deze inleg maximaal € 470 zou bedragen (zie NTFR 2002/1725). De afschaffing van het premiesparen en de winstdelingsregeling is gehandhaafd.

NTFR 2002/1825 - Wijziging van de Uitvoeringsregeling BPM en MRB

Aflevering 49, gepubliceerd op 05-12-2002
In art. 4, lid 1, aanhef, Uitvoeringsregeling motorrijtuigenbelasting 1994 wordt met ingang van 1 januari 2003 de zinsnede 'De belasting voor een personenauto, een bestelauto of een motorrijwiel' vervangen door: De belasting voor een personenauto, een bestelauto, een motorrijwiel of een vrachtauto. De wijziging van art. 4 Uitvoeringsregeling motorrijtuigenbelasting 1994 maakt het mogelijk dat in navolging van personenauto's, bestelauto's en motorrijwielen ook voor vrachtauto's de motorrijtuigenbelasting niet bij aanvang van het tijdvak hoeft te zijn betaald. Dit is, nu voor vrachtauto's ook het houderschapssysteem geldt, van belang in situaties waar de vrachtauto voor de eerste keer op naam van een (nieuwe) houder wordt gesteld. In de uitvoering werd ten aanzien van vrachtauto's al conform deze houderschapssystematiek gewerkt.