Aflevering 32

Gepubliceerd op 7 augustus 2008

NTFR 2008/1487 - Dga in de loonbelasting, uit de loonbelasting....In de loonbelasting!

Aflevering 32, gepubliceerd op 07-08-2008 geschreven door prof. dr. mr. E.J.W. Heithuis
Sinds enige tijd rommelt het met betrekking tot de fiscale positie van de dga. Jarenlang gold de dga fiscaal als werknemer van zijn bv, maar dit dogma is steeds minder vanzelfsprekend geworden. In de btw is de dga door het arrest van de Hoge Raad van 26 april 2002, nr. 35.775, NTFR 2002/630, BNB 2002/275 even aangemerkt geweest als ondernemer, maar is inmiddels weer teruggekeerd in zijn oude vertrouwde rol van werknemer. Dit laatste oordeelde het Hof van Justitie EG op prejudiciële vragen van Hof Amsterdam in het bekende arrest Van der Steen van 18 oktober 2007, zaak C-355/06, NTFR 2007/1931, BNB 2008/52. In de inkomstenbelasting is ook gepoogd, in navolging van het Btw-arrest BNB 2002/275, om de dga als ondernemer aangemerkt te krijgen, teneinde de zelfstandigenaftrek binnen te halen, maar deze poging is gestrand voor de Hoge Raad. In zijn arrest van 2 maart 2007, nr. 43.336, NTFR 2007/412, BNB 2007/177 deed de Hoge Raad deze kwestie eenvoudig af met een beroep op art. 81 Wet RO.Om mij niet geheel duidelijke redenen is de belastingplichtige tegen de uitspraak van Hof Amsterdam 19 juli 2007, nr. 06/00343, V-N 2008/32.1.2 in cassatie gegaan, zelfs nadat dezelfde belastingplichtige in een procedure met betrekking tot een eerder jaar (2000) – met een verwijzing naar art. 81 Wet RO – reeds ongelijk had gekregen van de Hoge Raad (dit arrest is voor zover mij bekend niet voor publicatie vrijgegeven). Dan zou men toch zeggen dat het weinig zin heeft deze kwestie in een volgend jaar (2002) opnieuw aan de Hoge Raad voor te leggen. Maar misschien dat de reden voor deze tweede procedure moet worden gezocht in de wijziging van de Wet IB 1964 in de Wet IB 2001 per 1 januari 2001; de eerste procedure met betrekking tot het jaar 2000 betrof immers nog de oude Wet IB 1964. Ik zie overigens niet in waarom deze kwestie onder de Wet IB 2001 anders zou liggen dan onder de Wet IB 1964, maar de tijd zal dit leren. Betrof dit nog jurisprudentie van rechters, sinds enige tijd is de wetgever ook zelf actief met betrekking tot de fiscale positie van de dga, maar dan in de loonbelasting. Hierbij wordt er behoorlijk wat gejojood. Wat is er aan de hand?

NTFR 2008/1490 - Besluit geruisloze doorschuiving geactualiseerd

Aflevering 32, gepubliceerd op 07-08-2008
De staatssecretaris van Financiën heeft het besluit van 24 mei 2004, nr. CPP2004/1225M (NTFR 2004/842) op het gebied van de geruisloze doorschuiving geactualiseerd. Daarnaast zijn de gevolgen van het arrest van de Hoge Raad van 5 januari 2007, nr. 42.683 opgenomen. Voor het overige is met dit besluit geen inhoudelijke wijziging beoogd.

NTFR 2008/1495 - Geen cassatieberoep tegen hofoordeel inzake aftrek lijfrentepremies buiten termijn

Aflevering 32, gepubliceerd op 07-08-2008
De staatssecretaris van Financiën deelt mede geen cassatieberoep in te stellen tegen de uitspraak van Hof Den Haag 27 mei 2008, nr. 07/00641, NTFR 2008/1461. Hof Den Haag oordeelde in die uitspraak dat de overschrijding van de zesmaandstermijn voor de aftrek van lijfrentepremies verschoonbaar is, omdat de overschrijding niet het gevolg is van opzet of grove schuld, laakbare slordigheid of ernstige nalatigheid van de zijde van belanghebbende en de inspecteur bij de aanslagregeling correcties heeft aangebracht.

NTFR 2008/1502 - EC keurt Hongaarse filmsteunregeling goed

Aflevering 32, gepubliceerd op 07-08-2008
De Europese Commissie heeft met inachtneming van de staatssteunregels uit het EG-verdrag een Hongaarse filmsteunregeling (€ 231 miljoen) goedgekeurd. De regeling zal tot 31 december 2013 lopen. De zesjaarsregeling betreft alle Hongaarse filmsteunmaatregelen, inclusief de Hongaarse filmbelasting. De regeling heeft ten doel de ontwikkeling van de filmcultuur in Hongarije te bevorderen. De Commissie vindt dat de regeling verenigbaar is met art. 87, lid 3, onderdeel d, EG-Verdrag en in lijn met de regels uit de mededeling staatssteun voor cinematografische en andere audiovisuele werken in Europa van 2001 betreffende steun aan filmproducties. De Hongaarse autoriteiten zullen elke verandering invoeren die vereist is na het vervallen van de mededeling staatssteun voor cinematografische en andere audiovisuele werken in Europa van 2001.

NTFR 2008/1503 - Bij overdracht verhuurd bedrijfsgebouw is artikel 31 Wet OB 1968 van toepassing

Aflevering 32, gepubliceerd op 07-08-2008 met annotatie van mr. P.F. Zijlstra
Belanghebbende houdt zich bezig met de handel in en de exploitatie van onroerende zaken. Belanghebbende heeft in 1996 een bedrijfsverzamelgebouw gekocht. De in dat jaar aan haar in rekening gebrachte omzetbelasting heeft belanghebbende als voorbelasting in aftrek gebracht. Het bedrijfsverzamelgebouw bestaat uit acht volledig zelfstandig te gebruiken units die door belanghebbende afzonderlijk aan derden werden verhuurd. Daarbij is geopteerd voor belaste verhuur. Belanghebbende heeft in 1999 het gebouw overgedragen aan haar (middellijke) aandeelhouders, die de exploitatie ongewijzigd hebben voortgezet. Voor deze overdracht is niet geopteerd voor belaste levering. De kopers waren na de overdracht uitsluitend op grond van art. 7, lid 2, letter b, Wet OB 1968 (een bedrijf dat onroerend goed exploiteert) als ondernemer aan te merken. De inspecteur gaat ervan uit dat de overdracht van het gebouw vrijgesteld is van omzetbelasting. Op grond daarvan heeft hij de door belanghebbende in aftrek gebrachte voorbelasting nageheven. In geschil is of art. 31 Wet OB 1968 toepassing kan vinden. Hof Den Bosch (NTFR 2005/1533) heeft geoordeeld, in afwijking van eerdere jurisprudentie van de Hoge Raad, dat de omstandigheid dat een afnemer (uitsluitend) op grond van art. 7, lid 2, letter b, Wet OB 1968 wordt aangemerkt als ondernemer, niet aan toepassing van art. 31 Wet OB 1968 in de weg staat. Het hof heeft de naheffingsaanslag vernietigd.