Aflevering 18

Gepubliceerd op 6 mei 2010

NTFR 2010/1060 - Belastingdienst migreert!?

Aflevering 18, gepubliceerd op 06-05-2010 geschreven door mr. dr. R.M.P.G. Niessen-Cobben
In de voorbije jaren is de Belastingdienst in de publiciteit gekomen doordat het eerst zo goed ontwikkelde ICT-systeem (steeds meer) in de problemen kwam. Denk hierbij aan de vele momenten dat belastingplichtigen niet in staat waren hun belastingaangiften elektronisch in te dienen omdat het computersysteem van de Belastingdienst niet bereikbaar was. Simpel uitgedrukt: Het ICT-systeem ‘lag er uit'. Of het voorbeeld van de belastingplichtigen die wel hun belastingaangiften hadden ingediend en daar ook een bevestiging van hadden ontvangen, maar waarbij achteraf bleek dat die aangiften digitaal spoorloos waren.

NTFR 2010/1061 - De Kinderlozentaks revisited

Aflevering 18, gepubliceerd op 06-05-2010 geschreven door mr. F. van Horzen
‘Ich habe nie eine Vorlage der Reichsregierung mit so schwacher Begründung gelesen wie die zur Ledigensteuer’.Vrij vertaald: ik heb nog nooit zo’n zwak gemotiveerd voorstel van de rijksregering gelezen als het voorstel om belasting te heffen van vrijgezellen.

NTFR 2010/1062 - Investeringsaftrek gebaseerd op door samenwerkingsverband geïnvesteerd bedrag

ECLI:NL:GHSGR:2010:BL7118, datum uitspraak 05-01-2010, publicatiedatum 10-03-2010
Aflevering 18, gepubliceerd op 06-05-2010 met annotatie van mr. A.A. Fase
Belanghebbende drijft samen met A bv en B bv in firmaverband een uienhandel. Per 1 juli 2002 is A bv uit de firma getreden en is D als firmant toegetreden. De firma heeft van 1 januari 2002 tot 1 juli 2002 en van 1 juli 2002 tot en met 31 december ongeveer € 300.000 aan investeringen gedaan. Belanghebbende heeft in haar aangifte een kleinschaligheidsinvesteringsaftrek in aanmerking genomen van € 8.520. De inspecteur heeft dit niet geaccepteerd.

NTFR 2010/1063 - Eenvoudiger winstaangifte 2010

Aflevering 18, gepubliceerd op 06-05-2010
In de elektronische aangifte 2010 voor de vennootschapsbelasting en de inkomstenbelasting voor ondernemers wordt de uitvraag van gegevens met de helft teruggebracht. Dit kan door de aangifte beter aan te laten sluiten bij de ondernemersadministratie. Zo hoeven gegevens van de commerciële jaarrekening niet meer in de aangifte, bijvoorbeeld gegevens over inventaris, voorraadwaardering en onderhandse leningen. De nieuwe aangifte is beschikbaar in XBRL. Een aangifte via een belastingadviseur met een convenant kent een nog kortere versie in XBRL-formaat.

NTFR 2010/1064 - Bestuursleden in privaatrechtelijke dienstbetrekking bij woningbouwvereniging

ECLI:NL:RBARN:2010:BL8991, datum uitspraak 25-03-2010, publicatiedatum 26-03-2010
Aflevering 18, gepubliceerd op 06-05-2010 met annotatie van Th.J.M. van Schendel
Belanghebbende (stichting X) is een woningbouwvereniging. Het bestuur van belanghebbende bestaat uit een voorzitter, een secretaris/penningmeester en een algemeen bestuurslid. In 2007 hebben twee bestuursleden, naast hun bestuurstaken waarvoor zij een vrijwilligersvergoeding ontvingen, uitvoerende taken voor belanghebbende op zich genomen, welke taken eerst waren uitbesteed aan derden. De bestuursleden hebben hiervoor een aparte vergoeding ontvangen. De inspecteur heeft zich op het standpunt gesteld dat de betrokken bestuursleden in dienstbetrekking staan tot belanghebbende. De inspecteur heeft belanghebbende vervolgens aangemerkt als inhoudingsplichtige en aan haar een naheffingsaanslag loonbelasting/premie volksverzekeringen opgelegd.

NTFR 2010/1066 - Loonbelasting; extrapolatie van steekproef niet geaccepteerd

ECLI:NL:RBLEE:2010:BL9918, datum uitspraak 25-03-2010, publicatiedatum 02-04-2010
Aflevering 18, gepubliceerd op 06-05-2010 met annotatie van mr. J. de Haan
Belanghebbenden exploiteren een grote keten fotozaken. Zij doen ieder afzonderlijk aangifte voor de loonheffing. De inspecteur heeft een controle ingesteld naar de aanvaardbaarheid van de aangiften loonbelasting en naar aanleiding hiervan naheffingsaanslagen opgelegd. Belanghebbenden bestrijden de correcties.

NTFR 2010/1068 - Nederlandse toelichting op nieuwe socialezekerheidsverordeningen verschenen

Aflevering 18, gepubliceerd op 06-05-2010
In een persbericht van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is bekend gemaakt dat minister Donner op 28 april jl. een Nederlandse toelichting op de nieuwe socialezekerheidsverordeningen in ontvangst heeft genomen. De nieuwe sociale verzekeringsregels die op 1 mei 2010 van kracht zijn binnen de EU bestaan uit een basisverordening (Vo. 883/2004) en een toepassingsverordening (Vo. 987/2009). De Nederlandse uitvoeringsinstanties de SVB, het UWV, College voor Zorgverzekeringen en de Belastingdienst hebben gezamenlijk een toelichting op de nieuwe verordeningen geschreven. De toelichting is in twee brondocumenten bijgevoegd.

NTFR 2010/1069 - Hofuitspraak niet strijdig met hofuitspraak over eerder belastingjaar

ECLI:NL:HR:2010:BM0472, datum uitspraak 09-04-2010, publicatiedatum 09-04-2010
Aflevering 18, gepubliceerd op 06-05-2010 met annotatie van mr. I.R.J. Thijssen
Belanghebbende drijft een postzegelhandel en is enig aandeelhouder van een bv. Voor de postzegelhandel leent belanghebbende bedragen van de bv. Deze leningen zijn in rekening-courant bij de bv verwerkt. Over deze leningen heeft belanghebbende met de inspecteur een vaststellingsovereenkomst gesloten. Daarin is onder meer bepaald dat vanaf 1997 jaarlijks een minimumbedrag aan rente en aflossing wordt betaald, en dat als dit niet gebeurt, sprake is van een nettowinstuitdeling. In 1997 heeft belanghebbende in afwijking van de vaststellingsovereenkomst geen rente betaald en te weinig afgelost. De inspecteur heeft het eind 1997 openstaande bedrag op de rekening-courant van f 979.852 volledig als winstuitdeling aangemerkt. In de beroepsprocedure over die aanslag heeft belanghebbende ter zitting betoogd dat het inkomen f 989.838 moest bedragen. De inspecteur heeft gesteld dat hij de vaststellingsovereenkomst verkeerd heeft gelezen en dat bij nader inzien slechts een bedrag van f 56.393 als winstuitdeling in aanmerking moet worden genomen, en dat het inkomen dientengevolge op f 299.484 moet worden gesteld. Hof Amsterdam (NTFR 2004/1336) stelt naar aanleiding van de gewijzigde standpunten vast dat voor 1997 geen geschil meer bestaat over de hoogte van de aanslag. In de jaren 1998 en 2000 heeft belanghebbende wederom geen aflossingen en rentebetalingen gedaan. De inspecteur heeft met een beroep op de vaststellingsovereenkomst wederom winstuitdelingen gesteld. In cassatie betoogt belanghebbende dat de hofuitspraak over 1997 meebrengt dat de rekening-courantschuld per 1 januari 1998 niet meer bestond. Volgens de Hoge Raad faalt dit betoog nu het hof in de procedure over 1997 niet is toegekomen aan de beoordeling van de gevolgen van de vaststellingsovereenkomst.

NTFR 2010/1070 - Benadeeld door niet horen in bezwaarfase, vanwege meningsverschil over waarde woning

ECLI:NL:HR:2010:BM1243, datum uitspraak 16-04-2010, publicatiedatum 16-04-2010
Aflevering 18, gepubliceerd op 06-05-2010 met annotatie van mr. J. Kastelein
Belanghebbende maakt bezwaar tegen een WOZ-beschikking. In de bezwaarfase is hij niet gehoord, ondanks zijn verzoek daartoe. Hof Den Haag heeft geoordeeld dat belanghebbende daardoor niet is benadeeld, omdat dit verzuim bij de rechtbank afdoende is hersteld. De Hoge Raad laat dit oordeel niet in stand. Nu er omtrent de van belang zijnde feiten en de waardering daarvan – inzake de waarde van de woning – tussen partijen verschil van mening bestond, kan niet worden volstaan met de redengeving dat het verzuim in beroep is hersteld. Nu de gedingstukken geen aanwijzing bevatten dat belanghebbende door de gang van zaken in de bezwaarfase niet is benadeeld, wordt de zaak teruggewezen naar de heffingsambtenaar voor een nieuwe uitspraak op bezwaar.

NTFR 2010/1071 - Bij één naheffingsaanslag voor verschillende tijdvakken kunnen afzonderlijke boetes per tijdvak worden opgelegd

ECLI:NL:HR:2010:BL0087, datum uitspraak 22-01-2010, publicatiedatum 22-01-2010
Aflevering 18, gepubliceerd op 06-05-2010 met annotatie van drs. J.J. van Dam
Belanghebbende draagt maandelijks loonheffing af. Voor het tijdvak 2000 tot en met 2003 is een naheffingsaanslag opgelegd. Ter zake van de correcties van reiskostenvergoedingen is een vergrijpboete van 25% opgelegd. Voor de overige correcties zijn per kalenderjaar verzuimboetes van 10%, met een maximum van € 4.537, opgelegd. Indien voor meerdere aangiftetijdvakken – in dit geval 48 – (gedeeltelijk) niet tijdig is betaald, kunnen daarvoor afzonderlijke boetes worden opgelegd. Ook indien de inspecteur ervoor heeft gekozen om de ontoereikende betaling door één naheffingsaanslag te corrigeren.

NTFR 2010/1072 - Aanslag gezonden aan de curator is op juiste wijze bekendgemaakt

ECLI:NL:HR:2010:BL5555, datum uitspraak 26-02-2010, publicatiedatum 26-02-2010
Aflevering 18, gepubliceerd op 06-05-2010 met annotatie van mr. J. Snitker
Ten tijde van het opleggen van de navorderingsaanslag verkeerde belanghebbende in staat van faillissement. De inspecteur heeft de navorderingsaanslag op naam gesteld van belanghebbende, en gezonden naar het adres van de curator. Naar het oordeel van de Hoge Raad is de aanslag daarmee op juiste wijze bekendgemaakt. Op grond van de Faillissementswet is het postbedrijf immers verplicht een brief die is bestemd voor een gefailleerde, af te geven aan de curator. Gelet daarop moet worden aangenomen dat de bekendmaking van een aanslag ook rechtsgeldig kan geschieden doordat de ontvanger het aanslagbiljet rechtstreeks naar het adres van de curator zendt.

NTFR 2010/1075 - Foutieve verwerking verliesverreking vormt ambtelijk verzuim; geen navordering mogelijk

ECLI:NL:GHSGR:2010:BL5929, datum uitspraak 06-01-2010, publicatiedatum 26-02-2010
Aflevering 18, gepubliceerd op 06-05-2010 met annotatie van mr. J.M. Sitsen
Bij de aan de erflater opgelegde aanslag inkomstenbelasting 1996 is een verlies van f 72.426 verrekend met het belastbare inkomen over 1994. De verliesverrekening is toegepast door een ervaren medewerker van de Belastingdienst. Deze verzuimde daarbij het verlies af te boeken op de daarvoor bestemde staffelstaat. Bij de aanslagregeling voor 1998 is, doordat het verlies uit 1996 niet was afgeboekt, op het computerscherm van de `toetser’, wederom een ervaren medewerker, een waarschuwing naar voren gekomen inhoudende dat een verlies van f 72.426 zou worden verrekend. De medewerker heeft de waarschuwing van het scherm verwijderd en daarmee de verliesverrekening tot stand doen komen. Vervolgens is aan de erflater een aanslag opgelegd met verliesverrekening. In de bezwaarfase tegen de aanslag voor 1998 heeft de inspecteur ontdekt dat het verlies uit 1996 ten onrechte voor de tweede keer was verrekend. In geschil is of de bij de regeling van de primitieve aanslag gemaakte fout door navordering mag worden hersteld.

NTFR 2010/1079 - Inhoudingsvrijstelling kan niet via internationaalrechtelijke bepalingen worden afgedwongen

ECLI:NL:HR:2010:BK6053, datum uitspraak 09-04-2010, publicatiedatum 09-04-2010
Aflevering 18, gepubliceerd op 06-05-2010 met annotatie van mr. W.W. Monteiro
Belanghebbende, een in Nederland gevestigde bv, heeft dividend uitgekeerd aan een naar het recht van de Nederlandse Antillen opgerichte en aldaar gevestigde nv. Deze nv heeft een 70%-belang in belanghebbende. Belanghebbende wenst toepassing van de inhoudingsvrijstelling. Daartoe doet zij onder meer een beroep op art. 47 LGO-besluit, art. 26 BUPO (art. 14 EVRM), art. 1 BRK en art. 56 EG-Verdrag. De Hoge Raad zet uiteen dat het beroep op genoemde artikelen belanghebbende niet kan baten. Kort gezegd oordeelt de Hoge Raad dat:

NTFR 2010/1080 - Gevolgen specifieke non-discriminatiebepalingen en grensarbeidersprotocol voor Wet IB 2001

Aflevering 18, gepubliceerd op 06-05-2010
Dit besluit betreft een actualisering van het besluit van 28 april 2006, nr. CPP2005/3340M, NTFR 2006/720. Onderwerp van het besluit is de toepassing van de specifieke non-discriminatiebepalingen voor natuurlijke personen uit de belastingverdragen met België en Suriname en uit de BRK. Tevens wordt ingegaan op het zogenoemde grensarbeidersprotocol uit het belastingverdrag met Duitsland. De actualisering houdt verband met wijzigingen in de Wet IB 2001 inzake de heffingskortingen en de persoonsgebonden aftrek.

NTFR 2010/1081 - EC publiceert verslag over fiscale obstakels voor grensoverschrijdende risicokapitaalinvesteringen

Aflevering 18, gepubliceerd op 06-05-2010
De Europese Commissie heeft een rapport gepubliceerd over de problemen die zich voordoen met dubbele belasting wanneer risicokapitaal in het buitenland wordt geïnvesteerd, en over de mogelijke oplossingen daarvoor. In dit rapport worden de bevindingen en aanbevelingen beschreven van een onafhankelijke groep van belastingdeskundigen uit de EU, die door de Europese Commissie is opgericht om na te gaan hoe de belangrijkste fiscale obstakels voor grensoverschrijdende risicokapitaalinvesteringen kunnen worden opgeheven. Risicokapitaal is een vitale bron van groei voor midden- en kleinbedrijven. Voor een goede economische groei is het derhalve van wezenlijk belang om risicokapitaalinvesteringen in de EU te faciliteren. De Europese Commissie zal nu bekijken hoe er het best gevolg kan worden gegeven aan de bevindingen van het rapport, rekening houdende met haar bredere ambitie om een einde te maken aan dubbele belasting in de EU.

NTFR 2010/1083 - Geen reguliere aftrek bij nummerverwerving

Aflevering 18, gepubliceerd op 06-05-2010 met annotatie van mr. dr. J.Th. Sanders
Tussen 1 januari 1998 en 31 december 1999 heeft X (zaak C-536/08), een in Nederland gevestigde onderneming, computerapparatuur en -onderdelen gekocht van leveranciers die in andere lidstaten zijn gevestigd dan Nederland en Spanje en verkocht aan in Spanje gevestigde afnemers. De leveranciers hebben geen btw in rekening gebracht op de aan X uitgereikte factuur, maar hebben haar Nederlands btw-identificatienummer vermeld. X heeft op de aan haar afnemers uitgereikte facturen melding gemaakt van de toepassing van art. 28 quater, E, lid 3, Zesde Richtlijn. In haar aangifte voor het tijdvak van 1 januari 1998 tot en met 30 september 1998 heeft X geen ter zake van intracommunautaire verwervingen verschuldigde btw opgenomen. Zij heeft evenmin btw ter zake van deze intracommunautaire verwervingen afgetrokken. X heeft geen aangifte gedaan van intracommunautaire leveringen in de zin van art. 37a Wet OB 1968 en art. 22, lid 6, sub b, laatste alinea, Zesde Richtlijn. Voor het tijdvak van 1 oktober 1998 tot en met 30 juni 1999 heeft zij daarentegen wel btw ter zake van de intracommunautaire verwervingen opgenomen en afgetrokken. Bovendien heeft zij aangifte gedaan van intracommunautaire leveringen in de zin van de laatstgenoemde bepalingen. Niet is aangetoond dat de goederen in het kader van de bedoelde transacties rechtstreeks zijn verzonden of vervoerd naar de in Spanje gevestigde afnemers. Omdat de inspecteur zich op het standpunt stelt dat X de goederen heeft verworven in de zin van art.17a Wet OB 1968, heeft hij X een naheffingsaanslag opgelegd. Volgens de inspecteur heeft X de goederen in Nederland verworven overeenkomstig art. 17b Wet OB 1968 en art. 28 ter, A, lid 2, Zesde Richtlijn. Ter zake van deze intracommunautaire verwervingen bestaat voorts voor X geen recht op aftrek.

NTFR 2010/1087 - Verfijningsuitkering riolering komt niet in mindering op geraamde lasten riolering

ECLI:NL:GHARN:2010:BM1568, datum uitspraak 30-03-2010, publicatiedatum 19-04-2010
Aflevering 18, gepubliceerd op 06-05-2010 met annotatie van mr. E.G. Borghols
Belanghebbende is aangeslagen voor de OZB en het rioolrecht van de gemeente Hof van Twente. De gemeenteraad heeft de tarieven OZB 2005 verhoogd met 2,9% ten opzichte van het voorafgaande jaar. Daarbij is de gemeente ervan uitgegaan dat de gemiddelde waardestijging van de woningen binnen de gemeente 48% zou belopen. Omdat de waarde bod overtreden. Het hof deelt de visie van belanghebbende niet. De verfijningsuitkering is namelijk een stijging echter 51,2% bleek te zijn, is de tariefstelling OZB volgens belanghebbende onverbindend. Het hof zet uiteen dat het primaat in dezen bij de gemeenteraad ligt en dat van een onredelijke en willekeurige heffing geen sprake is. Met betrekking tot het rioolrecht stelt belanghebbende dat op de door de gemeente geraamde lasten de door haar uit het gemeentefonds ontvangen verfijningsuitkering riolering in mindering moet worden gebracht. In dat geval wordt volgens belanghebbende het winstver algemene uitkering en het is aan de gemeente daarvan de bestedingsrichting te bepalen. Door de verfijningsuitkering niet in mindering te brengen op de geraamde lasten van de riolering, heeft de gemeente het recht niet geschonden.

NTFR 2010/1091 - KB Lux-zaak: correcties in navorderingsaanslagen en opgelegde boetes terecht

ECLI:NL:GHAMS:2010:BM1903, datum uitspraak 01-04-2010, publicatiedatum 28-04-2010
Aflevering 18, gepubliceerd op 06-05-2010
In het kader van het Rekeningenproject zijn aan belanghebbende navorderingsaanslagen opgelegd voor het aanhouden van bankrekeningen in Luxemburg. De inspecteur heeft aannemelijk gemaakt dat belanghebbende en zijn echtgenote rekeningen hebben aangehouden bij de KB-Luxbank. Nu belanghebbende niet heeft voldaan aan de verplichting de gevraagde gegevens te verstrekken, is de bewijslast terecht verzwaard en omgekeerd. De stelling van belanghebbende dat de navorderingsaanslagen te hoog zijn vastgesteld heeft hij niet onderbouwd. De aanslagen zijn derhalve, behoudens de eliminatie van de factor 1,5, gebaseerd op een redelijke schatting. Volgens het hof is aannemelijk dat belanghebbende er bewust voor gekozen heeft een bankrekening te openen in een land met een bankgeheim om tegoeden daarop voor de inspecteur verborgen te houden. Gelet daarop is een boete van 100% in beginsel passend en geboden. Echter, de schatting van de verzwegen inkomsten is geschied op basis van gegevens van derden en daarbij is een grote onzekerheidsmarge aangehouden, waardoor het hof de boete met 20% matigt. Vervolgens wordt de boete met nogmaals 20% gematigd vanwege overschrijding van de redelijke termijn.