NTFR 2014/2096 - Fiscaal digitaal geworstel
Aflevering 35, gepubliceerd op 28-08-2014 geschreven door prof. dr. P. KavelaarsHet heffen van belasting op een wijze die de wetgever voor ogen staat is in de dagelijkse economie een behoorlijke opgaaf, althans wanneer het uitgangspunt is dat het feitelijke resultaat van de heffing zo optimaal mogelijk aansluit bij het resultaat dat de wetgever voor ogen staat. Dat betekent grosso modo en kort gezegd een belastingopbrengst die overeenkomt bij hetgeen is beoogd en een minimum aan kosten om de belasting uit te voeren. In hedendaagse termen betekent dit onder andere dat de tax gap minimaal dient te zijn. Het is duidelijk dat het ideaalbeeld dat de wetgever voor ogen staat niet wordt gerealiseerd. De mate waarin, hangt van een groot aantal omstandigheden af. Evidente omstandigheden zijn in elk geval de mate waarin een belasting door de belastingplichtigen wordt aanvaard en de mate waarin de belasting door de belastingplichtige zonder al te veel risico’s kan worden ontgaan. Daarnaast speelt stellig ook de feitelijke zichtbaarheid voor de belastingplichtige een rol; zo is bekend dat de OZB een hoge mate van aversie kent doordat deze zo goed zichtbaar is. Hetzelfde geldt stellig ook voor een weinig indrukwekkende heffing als de hondenbelasting.