NTFR 2008/2376 - Aanpassing btw-vrijstelling voor (para)medische diensten
Aflevering 50, gepubliceerd op 11-12-2008 geschreven door dr. A. van DongenIn het Belastingplan 2009, dat onlangs – met een aantal wijzigingen – is aangenomen door de Tweede Kamer, is een aanpassing opgenomen van de vrijstelling voor (para)medische diensten in art. 11, lid 1, aanhef en onderdeel g, ten eerste, Wet OB 1968. Na de aanvaarding van de motie van het Tweede Kamerlid Vendrik tijdens de behandeling van het Belastingplan 2008, waarin een eerste voorstel voor aanpassing van de vrijstelling was opgenomen, had de staatssecretaris besloten de aanpassing niet, zoals voorzien in het Belastingplan 2008, per 1 januari 2008 door te voeren. In de motie vroeg de Tweede Kamer het kabinet informatie te verstrekken over de toekomst van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (Wet BIG), die een belangrijke rol speelt bij de afbakening van de vrijstelling, en de relatie tussen de Wet BIG en de Wet OB 1968. In de memorie van toelichting bij het Belastingplan 2009 had de staatssecretaris aangegeven dat hij nog steeds een belangrijke rol ziet voor de Wet BIG bij het maken van het onderscheid tussen vrijgestelde en belaste (para)medische diensten. Kritische Tweede Kamerleden hebben daarop de vraag gesteld hoe een neutrale btw-behandeling kan worden bereikt die, enerzijds, voldoet aan de criteria die het Hof van Justitie EG (verder: HvJ EG) in 2006 formuleerde in antwoord op vragen van de Hoge Raad over de beoordelingsruimte die de lidstaten hebben, en anderzijds recht doet aan wat de wetgever zich voor ogen stelt, namelijk beperking van de vrijstelling tot beroepsbeoefenaren die kwalitatief goede zorg verlenen. Deze leden hebben de vinger op de zere plek gelegd: staat een formeel criterium, namelijk een BIG-registratie, garant voor een correcte (lees: richtlijnconforme) toepassing van de vrijstelling? De Tweede Kamer heeft het wetsvoorstel uiteindelijk op twee belangrijke punten aangepast: ten eerste uitstel van de inwerkingtreding tot 1 juli 2009, en anderzijds de invoering van een register met niet in de Wet BIG geregelde beroepen die voldoen aan de eisen op het gebied van kwalitatief goede zorg.