Aflevering 37

Per 1 januari 2010 is de fiscale behandeling van de inkomenscategorie resultaat uit overige werkzaamheden op een aantal punten aangepast. Meest opvallende wijziging betreft de invoering van de tbs-vrijstellingArt. 3.99b Wet IB 2001. als gevolg waarvan het feitelijke (top)tarief van box 1 daalt voor een aantal resultaatgenieters.Op diezelfde datum zijn de herinvesteringsreserve (art. 3.54 Wet IB 2001), de kostenegalisatiereserve (art. 3.53, lid 1, onderdeel a, Wet IB 2001) en de doorschuifregeling van art. 3.64 Wet IB 2001 opengesteld voor de terbeschikkingsteller niet zijnde een belastingplichtige die kwalificeert in de zin van art. 3.91, lid 1, onderdeel c, Wet IB 2001.

vermogensetikettering

Belanghebbende en zijn echtgenote woonden sinds begin jaren negentig in Portugal, waar zij onder meer een melkveehouderij exploiteerden. Daarnaast dreef belanghebbende tot en met 31 december 2001 in Nederland in de vorm van een eenmanszaak een melkveehouderij en een akkerbouwbedrijf. Eind 2001 is dit bedrijf te koop gezet. Vanaf 1 januari 2002 zijn belanghebbende en zijn echtgenote deze onderneming in de vorm van een maatschap gaan drijven. Vervolgens is de verkoop van de onderneming stilgelegd en is een bv opgericht. Daarna is de onderneming ingebracht in de bv tegen een winstrecht en een lijfrente. In november 2002 zijn de verkoopactiviteiten weer gestart, hetgeen tot een verkoop heeft geleid op 1 april 2003. De inspecteur heeft de premies lijfrente en de winstrechten gecorrigeerd. Volgens de inspecteur bestond ten tijde van de overdracht van de onderneming aan de bv reeds de intentie om de onderneming te verkopen aan een derde. Daarnaast stelt de inspecteur zich op het standpunt dat de bv geen toegelaten verzekeraar is in de zin van art. 3.126 Wet IB 2001, nu de feitelijke vestigingsplaats van de bv Portugal is.

interne compensatie

In een nieuwsbericht publiceert het Ministerie van Financiën de meest gestelde vragen en antwoorden over de maatregel van de minister van Financiën om het spaarloon vrij te geven. Het gaat om de maatregel die inhoudt dat werknemers vanaf 15 september 2010 het spaarloon over de jaren 2006 tot en met 2009 zonder fiscale consequenties mogen opnemen (deblokkeren).

arbeidsovereenkomst, arbeidsverhouding, gezagsverhouding, loonheffing, privaatrechtelijke dienstbetrekking

afroommethode

De minister stuurt de internetconsultatie van de nieuwe uitvoeringsregeling loonbelasting 2011 (Uitv.reg. LB 2011) naar de Tweede Kamer. De basis van de nieuwe werkkostenregeling, die in 2011 van kracht wordt, blijft ongewijzigd. Wel ondergaat deze door de consultatie enkele kleine wijzigingen. Wij vermelden:

Belanghebbende is ingedeeld in de categorie kleine werkgevers, sector 43. De gedifferentieerde premie voor de WAO voor belanghebbende bedraagt voor 2006 0,75% van het premieplichtige loon. Dit percentage is gebaseerd op het rekenpercentage van 0,98% en een korting van 0,23%. Belanghebbende is het niet eens met de berekeningsmethodiek. De methode van premiedifferentiatie voor de WAO houdt in dat het UWV de opslagen en kortingen voor kleine werkgevers in een sector zodanig vaststelt, dat daarbij rekening wordt gehouden met (een deel van de) zogenoemde indirecte uitkeringslasten die zijn toe te rekenen aan niet meer bestaande kleine werkgevers in die sector. De Hoge Raad gaat – gelet op het belang voor de praktijk en anders dan A-G Van Ballegooijen – veronderstellenderwijs ervan uit dat het bezwaar van belanghebbende ontvankelijk is.

oogmerk

eigenwoningschuld, omkering bewijslast

De minister heeft het besluit met het beleid over de toepassing van de bijleenregeling van 20 februari 2007, nr. CPP2006/1942M geactualiseerd en aangevuld met nieuwe beleidsstandpunten. Ook zijn er enkele redactionele wijzigingen doorgevoerd, waarmee geen inhoudelijke wijziging van bestaand beleid is beoogd.

toekenning, verstrekking

eigen middelen, lening

fibromyalgie

goed koopmansgebruik, passiefpost, vertrouwensbeginsel

opzet, vergrijpboete

verschoonbare termijnoverschrijding

proceskosten

Belanghebbende houdt (middellijk) alle aandelen in een vennootschap die handelt in telefonische informatielijnen en zogenoemde voice-responcesystemen. Bij deze vennootschap is een strafrechtelijk onderzoek ingesteld naar een gepleegde facturencarrousel. Belanghebbende is in verband hiermee strafrechtelijk veroordeeld. Op 28 oktober 2004 heeft de officier van justitie toestemming verleend voor het gebruiken van de processen-verbaal ten behoeve van de belastingheffing. Op 17 augustus 2005 heeft de inspecteur de primitieve aanslag IB 2003 conform de aangifte opgelegd. Nadien heeft de inspecteur op basis van de processen-verbaal en het naar aanleiding daarvan gestarte boekenonderzoek, geconcludeerd dat belanghebbende een verkapte uitdeling heeft ontvangen. Daarom heeft hij de onderhavige navorderingsaanslag opgelegd.

Belanghebbende is opgericht door A. Bij de inbreng door A van diens eenmanszaak in belanghebbende is een goodwill bedongen van € 93.000. Als tegenprestatie heeft A een stamrecht verworven van € 85.000. Belanghebbende houdt zich bezig met de handel in telefonische informatielijnen en zogenoemde voice-responcesystemen. Bij deze vennootschap is een strafrechtelijk onderzoek ingesteld naar een gepleegde facturencarrousel. A is in verband hiermee strafrechtelijk veroordeeld. Op 28 oktober 2004 heeft de officier van justitie toestemming verleend voor het gebruiken van de processen-verbaal ten behoeve van de belastingheffing. Op 1 februari 2005 heeft de inspecteur de primitieve aanslag VPB 2002 conform de aangifte opgelegd. Nadien heeft de inspecteur op basis van de processen-verbaal en het naar aanleiding daarvan gestarte boekenonderzoek, geconcludeerd dat belanghebbende ten onrechte – immers valse – inkopen in haar administratie heeft verantwoord. Voorts bedraagt de goodwill volgens de inspecteur slechts € 8.000 en kan geen stamrecht worden bedongen. Daarom heeft hij de onderhavige navorderingsaanslag opgelegd. Het hof acht navordering te dezen mogelijk. Weliswaar beschikt de inspecteur met betrekking tot de correctie van de valse inkopen niet over een nieuw feit – de inspecteur heeft namelijk reeds op 28 oktober 2004 de relevantie informatie ontvangen –, maar het hof acht belanghebbende te kwader trouw op dit punt. Voorts maakt belanghebbende niet aannemelijk dat de goodwill bij de inbreng van de eenmanszaak meer bedroeg dan € 8.000. In verband hiermee is de correctie inzake de oprenting van de lijfrente eveneens terecht.

incidentele bate, zorgvuldigheid

De inspecteur stelt dat hij in de loop van 2005 informatie heeft ontvangen waaruit blijkt dat belanghebbende een bankrekening in Zwitserland heeft. De inspecteur heeft in januari 2006 hierover een vragenbrief aan belanghebbende verzonden. Pas in oktober 2006 heeft belanghebbende hierop gereageerd en aangegeven dat hij overgaat tot vrijwillige verbetering van de eerder ingediende aangiften. Vervolgens heeft de inspecteur, anderhalve maand later, de navorderingsaanslagen, vermeerderd met boetes, opgelegd. In geschil is 1. of de inspecteur gebruik kan maken van de verlengde navorderingstermijn en 2. de hoogte van de opgelegde boetes.

Belanghebbende (X vof) verzorgt rijopleidingen en verleent diensten op het gebied van personenvervoer. In 2005 is een auto ingezet voor het personenvervoer. Op verzoek van belanghebbende heeft de inspecteur, ingevolge art. 72, lid 1, onderdeel n, Wet MRB 1994, de taxivrijstelling voor motorrijtuigenbelasting verleend. Bij een controle heeft de inspecteur geconstateerd dat de auto niet nagenoeg geheel (ten minste 90%) als taxi in gebruik is. De inspecteur heeft een naheffingsaanslag MRB met boete opgelegd. In geschil is de hoogte van de boete.

draagkracht, Gielen, progressievoorbehoud, Renneberg

Belanghebbende gebruikt een nieuw kantoorpand deels voor belaste (assurantie- en hypotheekbemiddeling) en deels voor vrijgestelde (makelaar)prestaties. Belanghebbende heeft de mate van de aftrek van de omzetbelasting berekend door wat betreft de exclusief voor belaste respectievelijk vrijgestelde prestaties gebruikte vertrekken aan te sluiten bij de vloeroppervlakten van die vertrekken en voor het overige deel – te weten voor de gemengd gebruikte ruimen – door de vloeroppervlakten naar rato van de verhouding waarin haar `belaste omzet’ staat tot haar totale omzet te hanteren.

In mei 2008 is op het adres van X (gedaagde) een hennepkwekerij aangetroffen. Volgens de netbeheerder van elektriciteit (Liander) heeft X een illegale aftakking aangebracht voor de stroomvoorziening van de hennepkwekerij en is daardoor elektriciteit verbruikt die niet is geregistreerd. Liander heeft gevorderd dat de civiele kamer van de rechtbank bij vonnis X zal veroordelen tot betaling van onder meer de kosten van transport van elektriciteit en de feitelijk ‘geleverde’ stroom (netverlies), beide te vermeerderen met omzetbelasting.

toestandsdatum, verbouwing

Belanghebbende heeft in juni 2008 een aanvraag ingediend bij de gemeente Renkum tot het verlenen van een bouwvergunning voor vijftien woningen en 23 appartementen op de bouwlocatie te Q. Belanghebbende heeft de gemeente in november 2008 verzocht de aanvraag te splitsen. Daarbij heeft zij verzocht om de bouwvergunning voor de vijftien woningen nog niet te verlenen en dat zij deze bouwvergunning in een later stadium op afroep wenst te verkrijgen. In januari 2009 heeft belanghebbende de aanvraag voor de bouwvergunning voor de vijftien woningen ingetrokken. De heffingsambtenaar heeft in verband met deze intrekking leges in rekening gebracht berekend naar een (hoger) tarief dat geldt per 1 oktober 2008. In geschil is of de leges terecht en naar een juist bedrag zijn berekend.

betalingsherinnering, betekeningskosten, ontzenuwen

vervangingswaarde

Belanghebbende is eigenaar van een voormalig jeugd- en parochiehuis. Het pand is thans in gebruik bij Stichting B. De stichting heeft het pand verbouwd tot radio- en tv-studio’s, respectievelijk regie- en kantoorruimten. In geschil is de WOZ-waarde op de waardepeildatum 1 januari 2008. Meer specifiek is in geschil welke waarderingsmethode moet worden toegepast.

beperking genot, kettingbeding

Onze redactie heeft deze uitspraak niet samengevat of becommentarieerd, maar wil er wel graag op attenderen.

Onze redactie heeft deze uitspraak niet samengevat of becommentarieerd, maar wil er wel graag op attenderen.

Onze redactie heeft deze uitspraak niet samengevat of becommentarieerd, maar wil er wel graag op attenderen.

Onze redactie heeft deze uitspraak niet samengevat of becommentarieerd, maar wil er wel graag op attenderen.

Onze redactie heeft deze uitspraak niet samengevat of becommentarieerd, maar wil er wel graag op attenderen.

Onze redactie heeft deze uitspraak niet samengevat of becommentarieerd, maar wil er wel graag op attenderen.

Onze redactie heeft deze uitspraak niet samengevat of becommentarieerd, maar wil er wel graag op attenderen.

Onze redactie heeft deze uitspraak niet samengevat of becommentarieerd, maar wil er wel graag op attenderen.

Onze redactie heeft deze uitspraak niet samengevat of becommentarieerd, maar wil er wel graag op attenderen.

Onze redactie heeft deze uitspraak niet samengevat of becommentarieerd, maar wil er wel graag op attenderen.