NTFR 2017/773 - Zicht op kwaliteit van fiscale publicaties
Aflevering 13, gepubliceerd op 30-03-2017 geschreven door mr. L.J.A. PieterseHet valt niet te ontkennen dat er nogal wat wordt gepubliceerd. De hoeveelheid publicaties is enorm, en er lijkt steeds meer te verschijnen. Dat komt niet in de laatste plaats door het aantal vakbladen dat beschikbaar is.Dat heeft ook de kat van A.F. Gunn op nogal pijnlijke manier ondervonden, zie: https://artikel104.nl/denkend-aan-donderdag. Het aantal bladen is de laatste twee decennia behoorlijk toegenomen; nieuwe uitgaven verschijnen en bestaande periodieken blijven bestaan. Ook nieuwe bladen worden – ogenschijnlijk met gemak – gevuld. Van een ‘schrijversblok’ lijken de meeste auteurs geen last te hebben,C.M.Th. Lindo, ‘Hebben juridische schrijvers wel eens een writersblock?’, NJB 2010/718, afl. 14, p. 868. al kan het soms even duren voordat iemand op gang is;‘Maar toen ik met schrijven wilde beginnen op mijn pas aangeschafte Adler-tikmachine, voelde ik me hoogst onwennig en onzeker. Ik kon met geen mogelijkheid een geschikte eerste zin bedenken en pijnigde mijn hersenen af, terwijl het gloednieuwe typmachientje onaangeraakt bleef. Ten einde raad ging ik maar eens op mijn handen tegen de kamerdeur staan, wat ik als kind zo vaak gedaan had, in de hoop dat enige creativiteit naar mijn hoofd zou zakken. En zo geschiedde’, aldus emeritus hoogleraar straf(proces)recht C. Kelk, ‘Schrijven als roeping of ‘publish or perish’, NJB 2010/715, afl. 14, p. 865. enige druk van een bureauredactie – nogal wat publicaties worden op verzoek van de redactie geschreven – en een goed gekozen deadline kunnen daarbij helpen.