Aflevering 31

Gepubliceerd op 4 augustus 2011

NTFR 2011/1702 - Insolvabiliteit: vrijval van schulden in de VPB, ja of nee?

Aflevering 31, gepubliceerd op 04-08-2011 geschreven door prof. dr. J.N. Bouwman
Voor menig ondernemer leidt het slechte tij waarin de economie verkeert tot verliezen. In veel gevallen komt de ondernemer deze verliezen weer te boven en kan hij zijn bedrijf blijven voortzetten. In andere gevallen slaagt de ondernemer er niet in zijn bedrijf weer op koers te brengen en is hij genoodzaakt zijn bedrijf te beëindigen. Vaak verliest de ondernemer dan het kapitaal dat hij in zijn bedrijf heeft gestoken en verliezen ook de crediteuren (een deel van) het geld dat zij aan de ondernemer hebben uitgeleend. Crediteuren zien de insolvabiliteit van een debiteur vaak aankomen en zullen hun vorderingen al in een eerder stadium hebben afgewaardeerd. Voor de debiteur ligt dit in beginsel anders. Een debiteur zal zijn schulden niet afwaarderen (laten vrijvallen), ook al is hij – naar aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid – niet in staat zijn schulden volledig te betalen. Hoewel dit de algemene regel is, bestaan daarop enkele uitzonderingen die in het recente verleden in de rechtspraak aan de orde zijn geweest. Deze rechtspraak heeft mij aanleiding gegeven tot het schrijven van deze Opinie. De Opinie beperkt zich tot aan de vennootschapsbelasting (VPB) onderworpen debiteuren.

NTFR 2011/1703 - Verhaal heffingsrente negatief loon?

Aflevering 31, gepubliceerd op 04-08-2011 geschreven door Th.J.M. van Schendel
Evenals in eerste aanleg Rechtbank Haarlem 23 november 2009, nr. 09/00246, NTFR 2010/87, oordeelde Hof Amsterdam 14 juli 2011, nr. 10/00001, NTFR 2011/1709, dat de op een werknemer verhaalde heffingsrente geen negatief loon is. Het betrof de heffingsrente die aan een inhoudingsplichtige was opgelegd bij een enkelvoudige naheffingsaanslag loonheffing, welke loonheffing (met heffingsrente) op de werknemer werd verhaald.

NTFR 2011/1704 - Wijziging ATV Richtlijn per 1 juli 2011

Aflevering 31, gepubliceerd op 04-08-2011 geschreven door mr. E. Thomas
De ATV-richtlijnen, vastgesteld bij beleidsbesluit van 11 december 2009, nr. DGB2009/6253M, NTFR 2010/2 met commentaar van Thomas, zijn gewijzigd per 1 juli 2011. De naam van ATV-richtlijnen is daarbij omgedoopt in Richtlijnen AAFD.

NTFR 2011/1705 - Muzikale optredens vormen geen bron van inkomen

Aflevering 31, gepubliceerd op 04-08-2011 met annotatie van dr. W. Bruins Slot
Belanghebbende is in 2005 gestart met het verzorgen van muzikale optredens. In 2005 had zij drie betaalde optredens. In de jaren 2005 tot en met 2008 waren de kosten telkens hoger dan de opbrengsten. In 2009 zijn in het geheel geen optredens verzorgd. Belanghebbende claimt voor 2005 aftrek van een ondernemingsverlies en de zelfstandigenaftrek. Volgens Hof Arnhem 9 februari 2010, nr. 08/00590, (NTFR 2010/593) ten onrechte, omdat er geen sprake is van een bron van inkomen. In 2005 kon volgens het hof, gelet op de verliezen in latere jaren, namelijk niet redelijkerwijs worden verwacht dat de muzikale optredens van belanghebbende in de toekomst positieve zuivere opbrengsten zullen opleveren. Deze beslissing houdt in cassatie stand. De Hoge Raad benadrukt dat de objectieve voordeelsverwachting in beginsel moet worden beoordeeld op basis van feiten en omstandigheden van het jaar, maar dat feiten en omstandigheden uit latere jaren daarop licht kunnen werpen en dus mogen worden meegenomen.

NTFR 2011/1709 - Verhaalde heffingsrente is geen negatief loon

Aflevering 31, gepubliceerd op 04-08-2011 met annotatie van Th.J.M. van Schendel
Belanghebbende heeft met haar werkgever afgesproken dat bv – dochtermaatschappij van de werkgever – de aan haar opgelegde naheffingsaanslag loonbelasting in het kader van de door belanghebbende ontvangen opties op aandelen op belanghebbende zal verhalen. De bv heeft ook de haar in rekening gebrachte heffingsrente pro rata doorberekend aan haar werknemers.

NTFR 2011/1711 - Box 3-heffing op basis van 4%-rendement is niet strijdig met eigendomsrecht

ECLI:NL:GHARN:2011:BQ9235, datum uitspraak 15-06-2011, publicatiedatum 24-06-2011
Aflevering 31, gepubliceerd op 04-08-2011 met annotatie van mr. J.P.A. Buitenhek
Belanghebbende heeft een aanzienlijk vermogen in box 3. Bij het vaststellen van de aanslag IB 2007 heeft de inspecteur conform de wettelijke regeling daarover een forfaitair rendement van 4% berekend. Belanghebbende vindt dat kennelijk te gortig. Het hof leest in de klachten van belanghebbende de stelling dat het eigendomsrecht als bedoeld in art. 1, Eerste Protocol, EVRM is geschonden. Die stelling wordt echter niet gedeeld door het hof. De keuze van de nationale wetgever voor de onderhavige forfaitaire regeling kan door de Europeesrechtelijke beugel, aldus het hof.

NTFR 2011/1714 - Het verlenen van zorg aan (stief)moeder leidt niet tot natuurlijke verbintenis

ECLI:NL:GHAMS:2011:BQ7224, datum uitspraak 21-04-2011, publicatiedatum 08-06-2011
Aflevering 31, gepubliceerd op 04-08-2011 met annotatie van mr. A.M. Vrenegoor
Belanghebbende heeft aangifte gedaan van diverse schenkingen, waarbij hij zich voor een deel daarvan beroept op de vrijstelling in verband met de nakoming van een natuurlijke verbintenis. Ter toelichting vermeldt belanghebbende dat het gaat om een geldelijke beloning voor zijn zorgwerk voor zijn (stief)moeder. Rechtbank Haarlem stelt voorop dat de (verplichte) zorg voor zijn (stief)moeder, naar objectieve maatstaven gemeten nog niet rechtvaardigt dat een natuurlijke verbintenis moet worden aangenomen die inhoudt dat de (stief)moeder verplicht is daarvoor aan de (stief)zoon een vergoeding te verstrekken. Dit is anders wanneer belanghebbende daardoor niet in staat zou zijn in zijn eigen inkomen of levensonderhoud te voorzien. Er is dan ook geen sprake van een natuurlijke verbintenis. Het hof sluit zich hierbij aan.

NTFR 2011/1715 - Besluit tijdelijke verlaging overdrachtsbelasting naar 2%

Aflevering 31, gepubliceerd op 04-08-2011
Zoals aangekondigd in de op 1 juli jl. door het kabinet gepresenteerde woonvisie wordt de overdrachtsbelasting tijdelijk – van 15 juni 2011 tot 1 juli 2012 – verlaagd van 6% naar 2%. Deze maatregel zal worden opgenomen in het Belastingplan 2012. In een besluit keurt de staatssecretaris vooruitlopend op wetswijziging goed dat overdrachtsbelasting wordt geheven naar een tarief van 2% voor de verkrijging op of na 15 juni 2011 van een woning.

NTFR 2011/1716 - Veelgestelde vragen over de tijdelijke verlaging overdrachtsbelasting

Aflevering 31, gepubliceerd op 04-08-2011
In het besluit van 1 juli 2011, nr. BLKB 2011/1290M is de overdrachtsbelasting op woningen van 15 juni 2011 tot 1 januari 2012 verlaagd van 6% naar 2% (NTFR 2011/1715). De maatregel loopt vooruit op wetgeving voor een verlaging tot en met 30 juni 2012. Op de website van de Belastingdienst zijn de meest gestelde vragen gepubliceerd. Daarmee is duidelijkheid gegeven voor een aantal veel voorkomende praktijkgevallen. De vragen 11 tot en met 13 gaan over de eigenwoningschuld bij teruggave van 4% overdrachtsbelasting. De eigenwoningschuld hoeft niet te worden verlaagd als niet wordt afgelost. Dit geldt ook als (kort) na 1 juli 2011 de lening toch is gebaseerd op 6% overdrachtsbelasting. Misschien dat de bank wel aflossing eist. Daarom wordt verwezen naar de bank.

NTFR 2011/1717 - Dekking verlaging overdrachtsbelasting

Aflevering 31, gepubliceerd op 04-08-2011
De tijdelijke verlaging van het tarief van de overdrachtsbelasting van 6% naar 2% kost € 1,2 miljard. In een brief informeren de minister en de staatssecretaris van Financiën de Tweede Kamer over de dekking van deze maatregel. Het gaat daarbij om maatregelen die het kabinet al voornemens was te treffen en waarover ook eerder met de Kamer is gecommuniceerd. Het gaat om het volgende pakket:

NTFR 2011/1718 - Antwoorden op Kamervragen over afschaffen overdrachtsbelasting

Aflevering 31, gepubliceerd op 04-08-2011
Staatssecretaris Weekers beantwoordt mede namens Minister Donner Kamervragen over het afschaffen (voor starters) van de overdrachtsbelasting. De regering ziet daartoe geen aanleiding. Starters zijn net als doorstromers voldoende geholpen met de tariefverlaging per 15 juni 2011 van de overdrachtsbelasting van 6% naar 2%. De antwoorden geven ook inzicht in het totale budgettaire beslag bij volledige afschaffing van de overdrachtsbelasting en bij afschaffing van de overdrachtsbelasting alleen voor starters.

NTFR 2011/1719 - Kabinet presenteert zijn woonvisie

Aflevering 31, gepubliceerd op 04-08-2011
De minister van Binnenlandse zaken en de staatssecretaris van Financiën presenteerden op 1 juli de Woonvisie van het kabinet. De overheid vindt dat iedereen prettig moet kunnen wonen en passende woonruimte moet kunnen vinden. De overdrachtsbelasting wordt tijdelijk – van 15 juni 2011 tot 1 juli 2012 – verlaagd van 6% naar 2%. Het kabinet verwacht dat de verlaging leidt tot een ‘belangrijke boost voor de woningmarkt’. De tijdelijke verlaging van de overdrachtsbelasting is de enige echte nieuwe maatregel. Genoemd wordt ook de al ingevoerde btw-verlaging voor arbeid bij renovatie, die is verlengd tot 1 oktober 2011 voor opdrachten die voor 1 juli 2011 zijn verleend. Tijdens de persconferentie over de Woonvisie benadrukte de premier dat het kabinet het stelsel van de hypotheekrenteaftrek in stand laat zoals het is en daar niet aan te zullen morrelen.

NTFR 2011/1723 - Fiscale neutraliteit niet geschonden bij verhoging ob-tarief op podiumkunsten naar 19%

ECLI:NL:RBSGR:2011:BQ8751, datum uitspraak 22-06-2011, publicatiedatum 22-06-2011
Aflevering 31, gepubliceerd op 04-08-2011 met annotatie van mr. A.E.H. van der Voort Maarschalk
Belanghebbenden zijn vier belangenverenigingen in de podiumkunstenbranche. Zij hebben de Staat gedagvaard en gevorderd dat Rechtbank Den Haag bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad voor recht verklaart dat art. XIX, B, onder 2 en 3, Belastingplan 2011 onverbindend is, nooit verbindend is geweest en onrechtmatig is jegens belanghebbenden en hun leden, en de Staat verbiedt om uitvoering en toepassing te geven aan het artikel zolang voor het toegang geven voor andere voorzieningen het lage tarief in de omzetbelasting geldt.

NTFR 2011/1726 - Hof verleent alsnog 'tariefskorting' op welstandleges wegens 'repeterende bouw'

ECLI:NL:GHARN:2011:BR0742, datum uitspraak 21-06-2011, publicatiedatum 11-07-2011
Aflevering 31, gepubliceerd op 04-08-2011 met annotatie van mr. R. van den Berg MRE
Belanghebbende heeft een aanvraag ingediend voor een bouwvergunning voor de bouw van 64 zorgappartementen. Ter zake van het in behandeling nemen hiervan is haar leges in rekening gebracht. De vergunning is geweigerd door de gemeente. Hiertegen heeft belanghebbende vergeefs geprocedeerd bij de bestuursrechter. Voor het hof stelt belanghebbende dat, nu de aanvraag slechts marginaal is beoordeeld, er geen sprake is van ‘in behandeling nemen’. Het hof deelt dat standpunt niet. De aanvraag is immers beoordeeld door de gemeente en heeft geleid tot een afwijzing. Voorts is tussen de hoogte van de leges en de door gemeente verstrekte diensten dan wel gemaakte kosten geen rechtstreeks verband vereist. Met betrekking tot de welstandsleges heeft belanghebbende wel een punt. De tarieventabel voorziet namelijk in een korting bij ‘repeterende bouw’. In het onderhavige geval is daarvan ten dele sprake. De gemeente en de rechtbank hebben dat miskend.

NTFR 2011/1727 - Bestuurdersaansprakelijkheid; belanghebbende heeft zich als feitelijk bestuurder gedragen

ECLI:NL:GHLEE:2011:BQ9817, datum uitspraak 28-06-2011, publicatiedatum 30-06-2011
Aflevering 31, gepubliceerd op 04-08-2011 met annotatie van mr. J.D. Schouten
Belanghebbende is aansprakelijk gesteld voor de onbetaald gebleven loonbelasting en omzetbelasting door A bv. Het hof is van oordeel dat uit de feiten kan worden opgemaakt dat belanghebbende is aan te merken als feitelijk bestuurder van A bv. Het hof neemt in aanmerking dat de doelomschrijving van de bv overeenkomt met de activiteiten van de – vroegere – eenmanszaak van belanghebbende, en dat belanghebbende als feitelijk leidinggevende is beschouwd door de kredietverstrekker, de verhuurder van de bedrijfsruimte, door de voormalige personeelsleden en door de curator. Bovendien heeft belanghebbende zich naar de ontvanger gepresenteerd als contactpersoon ten tijde van de melding van de betalingsonmacht. Het hof overweegt voorts dat sprake is geweest van kennelijk onbehoorlijk bestuur door belanghebbende. Het hof leidt dit af uit de omstandigheid dat door A bv niet werd voldaan aan de fiscale verplichtingen (geen aangiften VPB, geen inhouding en afdracht van verschuldigde loonbelasting en het niet voldoen van verschuldigde omzetbelasting). Tot zover volgt het hof de rechtbank (NTFR 2010/2681) Het hof overweegt echter dat de ontvanger geen feiten en omstandigheden heeft gesteld op grond waarvan belanghebbende een zelfstandig verwijt gemaakt kan worden ten aanzien van de rente, kosten en boetes. De aansprakelijkstelling hiervoor dient te vervallen. Het hof willigt het verzoek van belanghebbende om een tweede mondelinge behandeling niet in en passeert het ter zitting gedane bewijsaanbod als niet ter zake dienend.