NTFR 2013/1206 - Fiscaal jachtseizoen?
Aflevering 25, gepubliceerd op 20-06-2013 geschreven door prof. dr. P. KavelaarsBelastingheffing, en in het bijzonder het ontgaan dan wel ontduiken daarvan, heeft sinds ongeveer een jaar volop de aandacht, zoveel is wel duidelijk gelet op de vrijwel onafgebroken stroom van velerlei publicaties en andere uitlatingen.En dan zijn er nog de congressen, zoals deze week het jaarcongres 2013 van de NOB op 19 juni 2013 en het congres van het Fiscaal Economisch Instituut van de Erasmus Universiteit Rotterdam op 21 juni 2013, die beide in het teken van deze discussie staan. Met name (internationale) ondernemingen en een aantal landen nemen daarbij een opzichtige plaats in. Ondernemingen, omdat zij door gebruik te maken van (verschillen in) fiscale systemen en verdragen in de ogen van sommigen een optimaal en in de ogen van andere een (te) minimaal bedrag aan winstbelasting betalen. Diverse landen, omdat zij faciliteiten scheppen, dan wel regelgeving creëren die een optimale (volgens sommigen), dan wel minimale (volgens anderen) heffing creëren en daar in de regel en passant ook zelf een graantje van meepikken door de creatie van extra belastingopbrengst en werkgelegenheid. Op internationaal niveau hebben de EU, de OESO en de G-8 tot en met de G-20Er is overigens ook nog een G-4 en verder zijn er wat tussenvarianten. inmiddels hun tanden in deze problematiek gezet met het duidelijke voornemen tot maatregelen te komen die er in essentie op neer moeten komen dat het internationale bedrijfsleven meer belasting gaat betalen, hetgeen tot een betere financiële positie van zowel ontwikkelings- als ontwikkelde landen moet leiden.In het mei- en het juninummer van NTFR-B heb ik een vrij compleet overzicht gepubliceerd met alle internationale initiatieven van genoemde organisaties. Inmiddels is dat overzicht al niet meer geheel compleet. Zie P. Kavelaars, De EU en de OESO: ten strijde tegen belastingontwijking I en II, NTFR-B 2013/19 (deel I). Deel II verschijnt in het juninummer. Het is helder dat Nederland in deze discussie een in het oog springende positie inneemt. Niet alleen het buitenland richt zich op ons fiscale stelsel maar ook in Nederland zelf heeft de belangstelling voor, en de discussie over onze fiscale positie een grote vlucht genomen. Met als laatste, voorlopig meest recente hoogtepunt de rapporten van Oxfam-Novib, SEO en SOMO.– Oxfam-Novib, De Nederlandse Route, 21 mei 2013;- SOMO, Should the Netherlands Sign Tax Treaties with Developing Countries?, June 2013;- SEO, Uit de schaduw van het bankwezen, juni 2013. Vooropgesteld zij dat deze aandacht voor het thema terecht is. Het gaat om een belangwekkend maatschappelijk onderwerp. Tegelijkertijd constateer ik dat de discussie deels te veel op basis van gevoel plaatsvindt en daardoor weinig evenwichtig wordt gevoerd. Dat geldt overigens vooral voor de discussies op nationaal niveau van de lidstaten en die in het Europees Parlement, maar veel minder waar het de benadering van de Europese Commissie, de OESO en de G-20 betreft. In deze bijdrage doe ik enkele aanbevelingen hoe om te gaan met de huidige discussie en geef een richting aan waarbij wordt voorkomen dat 2013 een ondoordacht fiscaal jachtseizoen op ondernemingen en landen wordt. Daar is immers niemand bij gebaat.