Aflevering 6

Gepubliceerd op 5 februari 2009

NTFR 2009/282 - Metatoezicht: belastingadviseur wordt verlengstuk van de Belastingdienst

Aflevering 6, gepubliceerd op 05-02-2009 geschreven door prof. dr. mr. P.G.H. Albert
De Belastingdienst streeft ernaar de controle op de naleving van de fiscale wetgeving door het MKB te verleggen naar de ‘fiscale intermediairs’ (lees: belastingadvieskantoren).Zie het bedrijfsplan 2008-2012 van de Belastingdienst (NTFR 2008/890, V-N 2008/25.3). Daartoe sluit de Belastingdienst zogenoemde handhavingsconvenanten met die intermediairs. De Belastingdienst controleert dan niet langer of de belastingplichtige zijn fiscale verplichtingen is nagekomen. In plaats daarvan controleert de Belastingdienst of de fiscaal intermediair voldoende heeft gecontroleerd of de belastingplichtige zijn fiscale verplichtingen nakomt (‘metatoezicht’). Daarmee wordt de fiscaal intermediair (de belastingadviseur) noodzakelijkerwijs een verlengstuk van de Belastingdienst. Voor de goede orde: dit is enkel een constatering, geen waardeoordeel.

NTFR 2009/283 - Vaststellingsovereenkomst Aedes-Belastingdienst i.v.m. belastingplicht woningcorporaties

Aflevering 6, gepubliceerd op 05-02-2009
De Belastingdienst en Aedes (branchevereniging van woningcorporaties) hebben op 23 januari 2009 overeenstemming bereikt over een Vaststellingsovereenkomst (VSO2). In deze VSO2 worden regels gegeven die samenhangen met de integrale belastingplicht van woningcorporaties met ingang van 2008. Aedes legt de VSO2 met een positief advies voor aan de leden. Corporaties kunnen de overeenkomst tot 30 april 2009 ondertekenen.

NTFR 2009/286 - Afschrijvingsbeperking gebouwen geldt vanaf 2009 niet meer voor VAMIL

Aflevering 6, gepubliceerd op 05-02-2009
De wijziging van art. 3.31, lid 1, Wet IB 2001 treedt per 1 januari 2009 in werking. De afschrijvingsbeperking voor gebouwen (art. 3.30a, lid 1, Wet IB 2001) geldt daardoor niet bij de toepassing van de willekeurige afschrijving op milieubedrijfsmiddelen. In de toelichting staat daar nog over: ‘Dit houdt in dat op gebouwen die onder de VAMIL vallen (groenlabelkassen en duurzame stallen) willekeurig kan worden afgeschreven tot de restwaarde in plaats van tot de bodemwaarde. Bij een gebouw ter belegging is de bodemwaarde de WOZ-waarde en bij een gebouw in eigen gebruik 50% van de WOZ-waarde. Deze wijziging van de VAMIL betreft een intensivering van reeds goedgekeurde staatssteun en moest derhalve ter goedkeuring worden voorgelegd aan de Europese Commissie. In de Wet Werken aan winst is daarom voorzien in inwerkingtreding bij koninklijk besluit en in de mogelijkheid van terugwerkende kracht. De Europese Commissie heeft in haar beschikking van 10 december 2008 (C(2008)7816) de wijziging van de VAMIL (steunmaatregel N211/2008) goedgekeurd met ingang van 1 januari 2009.’

NTFR 2009/289 - Geen herinvesteringsreserve omdat bedrijf niet werd verplaatst doch gestaakt

ECLI:NL:RBARN:2008:BG9423, datum uitspraak 24-12-2008, publicatiedatum 16-01-2009
Aflevering 6, gepubliceerd op 05-02-2009
Belanghebbende verkoopt zijn onderneming (een snackbar) in 2005, Ter zake van de behaalde boekwinst wordt een herinvesteringsreserve gevormd. In 2006 koopt belanghebbende een andere snackbar, die vanaf 1 juni van dat jaar voor rekening en risico van belanghebbende wordt geëxploiteerd. Inspecteur en Rechtbank Arnhem staan de vorming van de herinvesteringsreserve niet toe, omdat in dit geval geen sprake is van bedrijfsverplaatsing, doch van staken van een onderneming in 2005 en het starten van een andere onderneming in 2006. Ook de ruilarresten zijn in een dergelijk geval niet van toepassing.

NTFR 2009/290 - Aanpassing uitvoeringsregeling energie-investeringsaftrek 2001 (lijst 2009)

Aflevering 6, gepubliceerd op 05-02-2009
Jaarlijks vindt aanpassing plaats van de Uitvoeringsregeling energie-investeringsaftrek naar de stand van de techniek. De energie-investeringsaftrek (EI) biedt ondernemers een fiscaal voordeel als ze investeren in energiebesparende bedrijfsmiddelen of onderdelen daarvan. Het van toepassing verklaren van de energie-investeringsaftrekregeling voor de Nederlandse Antillen en Aruba is in een afzonderlijke ministeriële regeling neergelegd. De lijst is op 10 december 2008 onder notificatienummer 2008/0558/NL voorgelegd aan de Europese Commissie (Richtlijn 98/34/EG, PbEG L 204, gewijzigd bij richtlijn 98/48/EG, PbEG L 217).

NTFR 2009/294 - Gedeeltelijke omzetting lening om niet is geen belaste periodieke uitkering

ECLI:NL:RBSGR:2008:BG8919, datum uitspraak 12-09-2008, publicatiedatum 12-01-2009
Aflevering 6, gepubliceerd op 05-02-2009
Eisers drijven in firmaverband een onderneming. De gemeente heeft op 8 mei 2003 op grond van het Bijstandsbesluit Zelfstandigen aan eisers een lening van € 110.000 verstrekt om te voorzien in bedrijfskapitaal. Op 17 juni 2003 heeft de gemeente de lening gedeeltelijk omgezet in een bedrag om niet (€ 16.889,88). In geschil is of deze omzetting is aan te merken als een belaste periodieke uitkering ex art. 3.101 Wet IB 2001. Aan het periodiciteitvereiste is voldaan indien op het moment van het omzetten van de lening in een bedrag om niet op 17 juni 2003 redelijkerwijs kon worden verwacht dat meerdere uitkeringen uit dezelfde bestaansoorzaak zouden volgen (vgl. HR 4 juni 1980, nr. 19.887, BNB 1980/200). Naar het oordeel van de rechtbank heeft verweerder dit niet aannemelijk gemaakt. De verwijzing naar de slechte algemene economische situatie in 2003 en het verzoek van eisers om de voorlopige aanslagen over 2003 op nihil vast te stellen, is daarvoor onvoldoende. De omzetting is derhalve niet als periodieke uitkering belast.

NTFR 2009/295 - De datum waarop de beschikking bekend werd is beslissend voor de ziekenfondsverklaring

ECLI:NL:GHAMS:2009:BH0931, datum uitspraak 21-01-2009, publicatiedatum 28-01-2009
Aflevering 6, gepubliceerd op 05-02-2009
Belanghebbende heeft voor het jaar 2004 een voorlopige aanslag Ziekenfonds ontvangen. Het hiertegen gemaakte bezwaar wordt door de inspecteur ook aangemerkt als een bezwaar tegen de positieve ziekenfondsverklaring. De positieve ziekenfondsverklaring was gebaseerd op de voorlopige aanslag IB/PVV 2002.

NTFR 2009/301 - Antwoord op Kamervragen over de ANBI-status van de As-Soennah moskee

Aflevering 6, gepubliceerd op 05-02-2009
De staatssecretaris van Financiën beantwoordt, mede namens de minister voor Wonen, Wijken en Integratie en de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, twee sets vragen over de erkenning van de salafistische As-Soennah moskee als 'algemeen nut beogende instelling' door de Belastingdienst en over het fiscaal aantrekkelijk kunnen doneren aan de As-Soennah moskee in Den Haag.

NTFR 2009/302 - Telefoonkosten niet aangemerkt als uitgaven wegens ziekte

ECLI:NL:RBARN:2008:BF9965, datum uitspraak 15-10-2008, publicatiedatum 16-01-2009
Aflevering 6, gepubliceerd op 05-02-2009
Tijdens een vakantie van belanghebbende en zijn echtgenote in Duitsland in het najaar van het jaar 2003 heeft zijn echtgenote een ernstige – levensbedreigende – ziekte opgelopen. Zij werd gedurende twee maanden opgenomen in een Duits ziekenhuis. Omdat zijn echtgenote in coma was, is belanghebbende door een Duits Amtsgericht (rechtbank) aangewezen als haar Betreuer (gevolmachtigde). Deze aanwijzing was noodzakelijk om aan de behandelende Duitse artsen toestemming te kunnen geven voor bepaalde medische handelingen. In verband hiermee heeft belanghebbende telefoonkosten gemaakt, welke tot een bedrag van € 2.393 op hem hebben gedrukt.

NTFR 2009/303 - Woonplaats in Nederland zodat illegale inkomsten in Nederland kunnen worden belast

Aflevering 6, gepubliceerd op 05-02-2009
Belanghebbende verbleef in 1998 tot en met 2001 zowel op de Nederlandse Antillen (een gedeelte van de tijd in detentie) als in Nederland. In Nederland beschikte belanghebbende namelijk over een eigen woning, waar ook zijn gezin verbleef. Nu belanghebbende de vereiste aangifte niet heeft gedaan, is sprake van omkering en verzwaring van de bewijslast. Rechtbank Arnhem is bij het beoordelen van de opgelegde aanslag van oordeel dat niet sprake is van een redelijke schatting van het inkomen, nu hier dubbeltellingen in zitten en de schatting mede is gebaseerd op uitgaven in het niet in geding zijnde belastingjaar 1997. De opgelegde vergrijpboetes houden ook geen stand, omdat belanghebbende met zijn stelling dat zijn woonplaats op de Antillen was gelegen een pleitbaar standpunt hanteerde.

NTFR 2009/304 - Kosten beursgang zijn deels aftrekbaar

ECLI:NL:HR:2009:BH1176, datum uitspraak 30-01-2009, publicatiedatum 30-01-2009
Aflevering 6, gepubliceerd op 05-02-2009 met annotatie van mr. drs. A.J. van den Bos
Voor de beursgang van belanghebbende in april 1998 zijn kosten gemaakt. Belanghebbende wenst deze kosten over een periode van vijf jaar ten laste van de winst te brengen. De inspecteur heeft deze aftrek gecorrigeerd. Volgens Hof Amsterdam (NTFR 2007/31) en de Hoge Raad deels ten onrechte. De aan de banken betaalde provisies voor de begeleiding van de beursgang moeten niet als een lagere opbrengst uit hoofde van de beursgang worden beschouwd, maar als aftrekbare kosten van wijziging van kapitaal in de zin van art. 9, lid, 1, letter e, Wet VPB 1969 (tekst 1998/1999). Verder houden de kosten van de beursgang onvoldoende verband met de in maart 1998 verworven deelnemingen die zijn gevestigd in derde landen, zodat de aftrek ook niet is uitgesloten op de voet van art. 13, lid 1, Wet VPB 1969.

NTFR 2009/305 - Vijfjaarstermijn van art. 13ca Wet VPB 1969 (oud) begint in boekjaar verwerving deelneming

ECLI:NL:HR:2009:BH1174, datum uitspraak 30-01-2009, publicatiedatum 30-01-2009
Aflevering 6, gepubliceerd op 05-02-2009 met annotatie van drs. M.J.A.M. van Gijlswijk
Belanghebbende heeft eind augustus 1997 90% van de aandelen in een Poolse vennootschap verworven. In de aangiften VPB 2000, 2001 en 2002 is voor deze deelneming een afwaarderingsverlies als bedoeld in art. 13ca Wet VPB 1969 (tekst 2002) in aanmerking genomen. In geschil is of ook in 2002 nog een afwaarderingsverlies kan worden opgevoerd.

NTFR 2009/311 - Geen teruggave omzetbelasting in kort geding

ECLI:NL:RBARN:2008:BF5174, datum uitspraak 03-09-2008, publicatiedatum 03-10-2008
Aflevering 6, gepubliceerd op 05-02-2009 met annotatie van mr. A.E.H. van der Voort Maarschalk
Maxi Trading heeft begin 2008 grote voorraden schoenen ingekocht. Over de maanden januari-april 2008 vorderde zij € 382.512 omzetbelasting terug. De inspecteur weigerde de teruggave vooralsnog, niet zo zeer in verband met twijfels over de omvang van de inkoop-btw, maar in verband met twijfels over de door Maxi Trading verantwoorde omzet en verkoop-btw. Met het oog daarop is de inspecteur een boekenonderzoek gestart.

NTFR 2009/312 - Voor omkering bewijslast door onjuiste aangifte is bewustheid vereist

Aflevering 6, gepubliceerd op 05-02-2009
A-G IJzerman heeft conclusie genomen in zes zaken waarin de vraag centraal staat wanneer sprake is van het niet doen van de vereiste aangifte als bedoeld in art. 25, lid 3 en art. 27e, AWR. Het ontbreken van de vereiste aangifte leidt tot de omkering van de bewijslast. Van het ontbreken van de vereiste aangifte is bij aanslagbelastingen sprake als het gaat om relatief aanzienlijk te weinig aangegeven bedragen. Volgens de advocaat-generaal moeten daartoe de niet aangegeven positieve resultaten, zoals de behaalde inkomsten, worden gerelateerd aan het in werkelijkheid behaalde belastbare inkomen of de belastbare winst. Vervolgens is de vraag welk normatief percentage moet worden gekoppeld aan het begrip 'relatief aanzienlijk'. In de literatuur wordt, met inschatting van in de jurisprudentie aangetroffen bedragen, een verhoudingsgetal van minder dan 20% over het algemeen nog aanvaardbaar geacht. Daarboven dreigt dat de aangifte niet is de vereiste aangifte, zodat de omkering van de bewijslast naderbij komt, wellicht bij 25% of 30% althans zeker bij 50%. Het is voor de eenvormige rechtstoepassing wenselijk dat er duidelijkheid komt omtrent het te hanteren percentage. Verder meent de advocaat-generaal dat een eis van bewustheid moet worden gesteld om de bewijslast te kunnen omkeren. Bij de belastingplichtige moet in meerdere of mindere mate bewustheid zijn geweest van de aanwezigheid van (meer aanzienlijke) inhoudelijke tekortkomingen in zijn aangifte. Redengevend daartoe is de zwaarte van de sanctie van de omkering van de bewijslast die vergaande gevolgen kan hebben voor de belastingplichtige.

NTFR 2009/313 - Interne compensatie in navorderingsprocedure toegestaan als sprake is van nieuw feit

ECLI:NL:GHARN:2009:BH1401, datum uitspraak 21-01-2009, publicatiedatum 30-01-2009
Aflevering 6, gepubliceerd op 05-02-2009
Belanghebbende was in de onderhavige jaren in dienstbetrekking werkzaam als docent, had een eenmanszaak (bouwkundige activiteiten) en een bv (ontwikkelen en implementeren van software). In 1997 is een boekenonderzoek bij belanghebbende gehouden. Daarbij is geconcludeerd dat belanghebbende niet voldeed aan het urencriterium voor de zelfstandigenaftrek. In 2004 is wederom een boekenonderzoek bij belanghebbende ingesteld. De bevindingen van dat onderzoek hebben geleid tot de onderhavige (navorderings)aanslagen, waarbij onder meer de zelfstandigenaftrek is gecorrigeerd.