NTFR 2016/1443 - Uitbetaald in aftrek gebracht prijzengeld bij illegale gokactiviteiten vormen kosten van criminele activiteiten: winstcorrectie bij onherroepelijke strafrechtelijke veroordeling is terecht
ECLI:NL:HR:2016:1038, datum uitspraak 03-06-2016, publicatiedatum 03-06-2016
Aflevering 23, gepubliceerd op 09-06-2016 Belanghebbende geniet in 2010 winst uit onderneming. Hij is in 2010 onherroepelijk strafrechtelijk veroordeeld voor het organiseren van illegale gokactiviteiten in de periode 2004-2006. In de aanslagen IB/PVV 2004, 2005 en 2006 is een winst uit onderneming in verband met de illegale gokactiviteiten begrepen van uiteindelijk € 27.500, € 27.500 en € 18.333. De inspecteur heeft de kosten van belanghebbende ter zake van de illegale gokactiviteiten (uitbetaalde prijzen) berekend op € 420.000 in 2005 en € 280.000 in 2006. De som van € 700.000 heeft de inspecteur op de voet van art. 3.14, lid 5, Wet IB 2001, op grond waarvan bij onherroepelijke strafrechtelijke veroordeling voor een misdrijf een correctie plaatsvindt van de in de voorgaande vijf jaar in aanmerking genomen kosten die verband houden met het misdrijf, tot de winst van 2010 gerekend. Volgens Hof Arnhem-Leeuwarden (15 september 2015, nrs. 14/00875 en 14/00876, NTFR 2015/2869) is dat terecht. Ook de door belanghebbende uitbetaalde prijzen uit hoofde van de door hem georganiseerde illegale gokactiviteiten vormen volgens het hof namelijk ‘kosten en lasten’ in de zin van art. 3.14, lid 1, onderdeel d, en lid 5, Wet IB 2001. Het hof acht aannemelijk dat die kosten in 2005 en 2006 (ten minste) € 700.000 hebben bedragen. De inspecteur heeft terecht dit bedrag tot de winst van 2010 gerekend. Van (een verkapte vorm van) navordering is, anders dan belanghebbende stelt, geen sprake.