NTFR 2017/2111 - Dienstverlening bestaande uit terbeschikkingstelling van in dienstbetrekking zijnde artsen aan ziekenhuizen is niet vrijgesteld
ECLI:NL:HR:2017:1606, datum uitspraak 11-08-2017, publicatiedatum 11-08-2017
Aflevering 35, gepubliceerd op 31-08-2017 met annotatie van mr. P.F. ZijlstraBelanghebbende heeft met ziekenhuizen overeenkomsten tot dienstverlening gesloten. Zij zet bij die dienstverlening basisartsen en medisch specialisten in die bij haar in dienstbetrekking zijn. In geschil is of de prestaties van belanghebbende op grond van art. 11, lid 1, onderdeel g, onder 1a, Wet OB 1968 c.q. op grond van het neutraliteits- of het gelijkheidsbeginsel vrijgesteld zijn van omzetbelasting. Hof Arnhem-Leeuwarden (7 juli 2015, nr. 13/01153, NTFR 2015/2337) heeft die vragen ontkennend beantwoord. Volgens het hof moet de dienstverlening van belanghebbende jegens de ziekenhuizen worden aangemerkt als (met omzetbelasting belaste) terbeschikkingstelling van personeel. Ook in cassatie krijgt belanghebbende nul op het rekest. Anders dan belanghebbende betoogt, is het hof uitgegaan van de tussen belanghebbende en de ziekenhuizen gesloten contracten. Het oordeel dat deze contracten inhouden dat de dienstverlening van belanghebbende niet kan worden aangemerkt als gezondheidskundige verzorging vanwege de verhouding van ondergeschiktheid waarin de artsen juridisch ten opzichte van belanghebbende staan, acht de Hoge Raad cassatieproof. Dat het artsen zijn die ter beschikking worden gesteld, maakt niet dat de diensten van belanghebbende kunnen worden aangemerkt als gezondheidskundige verzorging door beoefenaren van een medisch of paramedisch beroep. Voorts kan volgens de Hoge Raad niet met vrucht een beroep op het neutraliteitsbeginsel worden gedaan in gevallen waarin dat zou meebrengen dat een wettelijke of Btw-richtlijn vrijstellingsbepaling wordt toegepast op prestaties die niet onder de reikwijdte van die vrijstellingsbepalingen vallen. Nu de wettelijke bepalingen noch de richtlijnbepalingen voorzien in een vrijstelling voor een prestatie die inhoudt het ter beschikking stellen van medisch personeel, ook niet als dat personeel in ziekenhuizen werkzaamheden op het gebied van de gezondheidszorg verricht, kan een beroep op het fiscale neutraliteitsbeginsel niet slagen.