Aflevering 9

Gepubliceerd op 3 maart 2022

NTFR 2022/859 - Een nieuwe toekomst voor Nederlandse vestigingsplaatsficties?

Aflevering 9, gepubliceerd op 03-03-2022 geschreven door mr. F. van Horzen
Nietzsche constateerde dat als alles en iedereen emigreert, het thuisland verarmt.Friedrich Nietzsche, Nagelaten Fragmenten (deel 1), zomer-herfst 1873, 29 (22), vertaling Michel van Nieuwstadt, Uitgeverij SUN, Amsterdam 2003, p. 508. Ik weet niet of de Duitse keizer Wilhelm II een fan was van Nietzsche, maar in ieder geval kan de in juli 1918 tijdens zijn regime ingevoerde wet tegen belastingvlucht als een reactie op een mogelijke verarming van het thuisland worden beschouwd.Gesetz gegen die Steuerflucht, vom 26. Juli 1918, Reichs-Gesetzblatt, Jahrgang 1918, nr. 100, p. 951 e.v.

NTFR 2022/860 - We. are. faxed.

Aflevering 9, gepubliceerd op 03-03-2022 geschreven door mr. M.B. Weijers
Sinds 1 februari jl. behoort faxen met de Rechtspraak tot het verleden (NTFR 2021/3309). Dat is niet omdat de fax overbodig is, maar omdat KPN stopt met de dienstverlening. Iets met technologische vooruitgang. Daarmee is voor de fiscale beroepsgroep definitief een einde gekomen aan het faxtijdperk. Bij de Belastingdienst was faxen trouwens al vrijwel onmogelijk, aangezien de nog bestaande faxnummers de afgelopen jaren stapsgewijs werden geblokkeerd.

NTFR 2022/861 - COVID-19: Verlenging soepele bijstandverlening aan zelfstandigen tot en met maart 2022

Aflevering 9, gepubliceerd op 03-03-2022
Minister Schouten (Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen) heeft de regeling voor verlenging van de versoepelde bijstandverlening aan zelfstandigen in verband met COVID-19 tot en met maart 2022 gepubliceerd. De verlenging van de tijdelijke wijzigingen in het Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (Bbz 2004) uit het vierde kwartaal van 2021 tot 1 april 2022 zorgt ervoor dat dit per 1 januari 2022 niet leidt tot een onuitvoerbare regeling voor gemeenten waardoor zelfstandigen die als gevolg van de maatregelen om het coronavirus onder controle te krijgen langer financiële steun nodig hebben, niet tijdig zouden worden geholpen. Dit houdt in dat de volgende wijzigingen in het Bbz 2004 blijven gelden:

NTFR 2022/863 - COVID-19: Aanvragen TVL Q1 2022 kan vanaf 28 februari 2022

Aflevering 9, gepubliceerd op 03-03-2022
Minister Adriaansens (EZK) heeft de Regeling subsidie vaste lasten financiering COVID-19 (TVL) gewijzigd. De enige inhoudelijke wijzing in de openstelling voor het eerste kwartaal van 2022 betreft de aanpassing van de referentiekwartalen. Verder wordt met deze wijzigingsregeling een gerichte hardheidsclausule geïntroduceerd voor het vierde kwartaal van 2021 voor ondernemers die als gevolg van zwangerschaps- en bevallingsverlof (waar zij recht op zouden hebben gehad als zij een werknemer waren geweest) in de twee opeenvolgende referentiekwartalen geen representatieve omzet hebben behaald.

NTFR 2022/864 - COVID-19: Kamervragen over gesprek met bedrijfsleven over gevolgen corona

Aflevering 9, gepubliceerd op 03-03-2022
Minister Adriaansens (EZK) heeft Kamervragen beantwoord van de leden Amhaouch, Palland en Inge van Dijk (allen CDA) over het bericht ‘Rutte gaat in gesprek met bedrijfsleven over toenemende “ellende”’. Het kabinet onderzoekt momenteel in samenwerking met DNB de coronaschuldenproblematiek en neemt dit ook mee in de middellangetermijnvisie op het steun- en herstelpakket. Deze visie wordt nog dit kwartaal verwacht. Het kabinet overlegt met het bedrijfsleven over de opgebouwde belastingschulden vanwege het uitstel van betaling van belastingen.

NTFR 2022/865 - COVID-19: Vijfde aanvullend steunpakket voor culturele en creatieve sector

Aflevering 9, gepubliceerd op 03-03-2022
Staatssecretaris Uslu (OCW) heeft de Regeling aanvullende ondersteuning culturele en creatieve sector COVID-19 (RAOCC) aangevuld in verband met een vijfde aanvullend steunpakket. De referentiejaren voor de bepaling van de inkomstendaling en de hoogte van de subsidie bij de BIS-instellingen en overige OCW-cultuurinstellingen, te weten 2018-2019 respectievelijk 2017-2019, blijven gelijk. Het peiljaar voor de eigeninkomstendrempel (wederom komen alleen instellingen die minimaal 15% aan eigen inkomsten hadden, in aanmerking voor de aanvullende steun) blijft eveneens hetzelfde: bepalend zijn de resultaten over 2019. Ook de systematiek van de verstrekking van de makersmiddelen, via de rijkscultuurfondsen, volgt de uitgangspunten van de eerdere steunpakketten.

NTFR 2022/866 - Aftrekbeperking meewerkende partner is niet discriminerend

ECLI:NL:HR:2022:273, datum uitspraak 18-02-2022, publicatiedatum 18-02-2022
Aflevering 9, gepubliceerd op 03-03-2022 met annotatie van mr. dr. C. Bruijsten
Belanghebbende drijft een onderneming. Zijn echtgenote verricht daarin af en toe werkzaamheden en krijgt daarvoor jaarlijks € 1.500. De inspecteur heeft aftrek van deze vergoeding geweigerd op grond van art. 3.16, lid 4, Wet IB 2001. Daarin is bepaald dat vergoedingen van arbeid door de partner niet in aftrek op de winst komen als de vergoeding lager is dan € 5.000. Hof Den Haag (18 december 2019, nrs. 19/00348 t/m 19/00350, NTFR 2020/234) heeft de inspecteur in het gelijk gesteld. De Hoge Raad onderschrijft dat oordeel. Anders dan belanghebbende betoogt, is niet van belang of deze vergoeding al dan niet kan worden aangemerkt als een vrijwilligersvergoeding in de zin van art. 2, lid 6, Wet LB 1964. Er bestaat immers geen verband tussen de aftrekbeperking van art. 3.16, lid 4, Wet IB 2001 en de uitsluiting van vrijwilligers voor de heffing van loonbelasting. De aftrekbeperking geldt ongeacht de aard van de werkzaamheden en de wijze waarop de vergoeding bij de partner in de belastingheffing wordt betrokken. Verder oordeelt de Hoge Raad dat de aftrekbeperking niet discriminerend is ten opzichte van andere personen aan wie minder dan € 5.000 is betaald voor werkzaamheden. Dit onderscheid is immers niet van redelijke grond ontbloot. Om redenen van uitvoerbaarheid en controleerbaarheid mocht de wetgever hiervoor kiezen. Het realiteitsgehalte van beloningen aan de partner kan namelijk eerder tot discussie leiden. Bovendien moet bij werkzaamheden door de echtgenoot worden vastgesteld of deze de onder echtgenoten gebruikelijke wederzijdse hulp en bijstand te buiten gaan.

NTFR 2022/867 - WOB-verzoek: cryptomunten die ontstaan uit een fork zijn bezittingen in box 3

Aflevering 9, gepubliceerd op 03-03-2022
Als beslissing op een Wet openbaarheid bestuur (WOB)-verzoek heeft de Belastingdienst namens de staatssecretaris van Financiën een standpunt van een kennisgroep openbaar gemaakt. Het gaat om een standpunt over bitcoins die zijn ontstaan door een fork in een blockchain. Daardoor heeft een belastingplichtige gratis cryptomunten gekregen met een aanzienlijke waarde. De kennisgroep stelt dat de cryptomunten tot de bezittingen in box 3 behoren. Daarbij maakt het niet uit of de belastingplichtige de ontstane cryptomunten claimt of niet.

NTFR 2022/868 - Beleid APV-regime openbaar gemaakt

Aflevering 9, gepubliceerd op 03-03-2022
De staatssecretaris van Financiën heeft via een beslissing op een verzoek in het kader van de Wet openbaarheid van bestuur (WOB) om informatie over het sinds 2010 gevoerde beleid op het terrein van het regime afgezonderd particulier vermogen (APV) verschillende documenten openbaar gemaakt. Daarbij wijst de staatssecretaris op documenten die al eerder bekend zijn gemaakt via twee eerdere WOB-verzoeken (zie NTFR 2020/2565 en bijlage D). Hij geeft daarnaast een toelichting op de zogeheten schottenovereenkomsten en meldt dat hij een document niet openbaar kan maken vanwege mogelijke reputatieschade van een derde-belanghebbende.

NTFR 2022/873 - Reikwijdte verlaagd tarief voor brandhout mag worden beperkt op basis van GN-code (B AG)

Aflevering 9, gepubliceerd op 03-03-2022 met annotatie van mr. E.H.A.M. Thijssen
B AG (verzoekster) levert industriële houtsnippers en boshoutsnippers en verzorgt het onderhoud van verwarmingsinstallaties die houtsnippers als brandstof gebruiken. In geding is het verlaagde btw-tarief. De verwijzende rechter legt het HvJ drie vragen voor. Ten eerste de vraag of het begrip ‘brandhout’ alle hout omvat dat op basis van zijn objectieve eigenschappen uitsluitend bestemd is om te worden verbrand. Daarnaast wil deze rechter weten of het een lidstaat is toegestaan de werkingssfeer van het verlaagde tarief voor brandhout af te bakenen onder verwijzing naar GN-codes. Ten slotte vraagt deze rechter zich af of het neutraliteitsbeginsel zich ertegen verzet dat de levering van houtsnippers wordt uitgesloten van het verlaagde tarief dat geldt voor de levering van andere vormen van brandhout.

NTFR 2022/874 - Geen aftrek van niet door leverancier in rekening gebrachte btw bij afnemer (ZipVit)

Aflevering 9, gepubliceerd op 03-03-2022 met annotatie van drs. M.J.M.A. Toet FB
ZipVit is een in het Verenigd Koninkrijk gevestigde vennootschap die vitaminen en mineralen verkoopt per postorder. Tussen 2006 en 2010 heeft de openbare postdienst Royal Mail postdiensten verricht voor ZipVit waarover individueel met ZipVit was onderhandeld. Deze diensten werden op grond van een nationale wettelijke regeling geacht van btw te zijn vrijgesteld. Uit het arrest van het HvJ inzake TNT Post UK blijkt de btw-vrijstelling voor postdiensten echter niet te gelden voor postdiensten waarover individueel is onderhandeld. ZipVit meende de btw die achteraf in de betalingen aan Royal Mail had moeten zijn begrepen, in aftrek te kunnen brengen. De verwijzende rechter stelt diverse vragen die er in de kern op neerkomen dat hij wenst te vernemen of sprake is van verschuldigde of voldane btw die voor de afnemer aftrekbaar is wanneer tussen partijen is overeengekomen dat de (eventuele) btw voor rekening van de afnemer is en niet tijdig stappen zijn ondernomen om de btw in te vorderen, waardoor zowel de dienstverrichter als de belastingdienst de niet in rekening gebrachte btw wegens verjaring niet meer kunnen invorderen. Ook vraagt deze rechter zich af of het recht op aftrek kan worden uitgeoefend als de afnemer enkel een factuur in bezit heeft waarop de btw en het btw-tarief niet zijn vermeld.

NTFR 2022/877 - Bezwaar terecht niet-ontvankelijk verklaard wegens gebrek aan gronden

ECLI:NL:HR:2022:283, datum uitspraak 18-02-2022, publicatiedatum 18-02-2022
Aflevering 9, gepubliceerd op 03-03-2022 met annotatie van mr. M. Jansen
Op het aanslagbiljet is de WOZ-beschikking vermeld, alsmede aanslagen in de OZB, de rioolheffing en de afvalstoffenheffing. Belanghebbende maakt bezwaar tegen ‘de aanslag gemeentelijke heffingen’. De heffingsambtenaar heeft tweemaal een termijn gesteld om de gronden aan te voeren. Belanghebbende heeft geen gronden aangevoerd, zodat het bezwaar om die reden niet-ontvankelijk is verklaard. Hof Den Bosch (22 april 2021, nr. 20/00379, NTFR 2021/1588) heeft deze uitspraak op bezwaar vernietigd. Volgens het hof had de heffingsambtenaar niet alleen naar de gronden moeten vragen, maar had hij belanghebbende ook in de gelegenheid moeten stellen om te omschrijven tegen welk besluit het bezwaar was gericht. De Hoge Raad vernietigt de hofuitspraak. Het bezwaarschrift keert zich tegen ‘de aanslag gemeentelijke heffingen’ zonder enige specificatie of motivering, zodat niet is voldaan aan de vereisten van art. 6:5, lid 1, onderdelen c en d, Awb. Door belanghebbende in de gelegenheid te stellen dit verzuim te herstellen, heeft de heffingsambtenaar voldaan aan het bepaalde in art. 6:6 Awb.

NTFR 2022/878 - Uitnodiging aangifte na verstrijken aanslagtermijn is mogelijk; toepassing verlengde navorderingstermijn in relatie tot LGO

ECLI:NL:PHR:2022:79, datum uitspraak 28-01-2022, publicatiedatum 18-02-2022
Aflevering 9, gepubliceerd op 03-03-2022 met annotatie van mr. T.A.D. van Wordragen
A-G Niessen heeft een conclusie genomen inzake een geschil (i) over de vraag of na het verstrijken van de reguliere aanslagtermijn belanghebbende mag worden uitgenodigd tot het doen van aangiften IB/PVV en, zo ja, (ii) over de toepassing van de verlengde navorderingstermijn in relatie met de vrijheid van kapitaalverkeer en het Besluit LGO.

NTFR 2022/879 - Belanghebbende heeft recht op overlegging van alle relevante stukken inzake opgelegde boete

ECLI:NL:PHR:2022:67, datum uitspraak 27-01-2022, publicatiedatum 18-02-2022
Aflevering 9, gepubliceerd op 03-03-2022 met annotatie van mr. R. Marchal
Belanghebbende is aangemerkt als een fiscale eenheid voor de btw bestaande uit twee bv’s. Zij heeft haar aangifte VPB 2014 ingediend op 8 juli 2016. Onderdeel van die aangifte is de jaarrekening 2014, waarin een balanspost te betalen omzetbelasting is opgenomen met als toelichting omzetbelasting suppletie 2014: € 127.219. De aangifte VPB 2015 is gedaan op 20 december 2016. In die aangifte is een bedrag aan verschuldigde en nog te betalen omzetbelasting van € 216.921 opgenomen. Op 5 april 2018 is een boekenonderzoek ingesteld bij belanghebbende naar de aanvaardbaarheid van haar aangiften OB over 2014 en 2015. Op 13 en 16 april 2018 heeft belanghebbende suppleties ingediend op de aangiften OB voor 2014 en 2015. Op basis van het opgemaakte controlerapport is de inspecteur overgegaan tot oplegging van: 1. een naheffingsaanslag OB tot een bedrag van in totaal € 235.458; 2. een beschikking belastingrente tot een bedrag van € 31.276; 3. een 50%-vergrijpboete op grond van art. 67f AWR, wegens het opzettelijk althans grofschuldig niet-tijdig hebben voldaan van de verschuldigde omzetbelasting; en 4. een 50%-vergrijpboete op grond van art. 10a AWR, wegens het opzettelijk althans grofschuldig niet-tijdig en op de juiste wijze (suppletie-aangifte) hebben gedaan van de mededeling van onvolledige voldoening van omzetbelasting.

NTFR 2022/880 - Evaluatie art. 80a Wet RO

Aflevering 9, gepubliceerd op 03-03-2022
Minister Weerwind (Rechtsbescherming) heeft de Eerste en de Tweede Kamer het rapport ‘Evaluatie van artikel 80a Wet op de rechterlijke organisatie’ gestuurd. Het rapport betreft een empirisch-juridisch onderzoek naar de toepassing van art. 80a Wet RO door de Hoge Raad in de sectoren civiel recht, belastingrecht en strafrecht in de periode 2012-2019.

NTFR 2022/881 - Brief staatssecretaris 10 februari 2022 over vragen naar aanleiding van rapporten Fraude Signalering Voorziening (FSV)

Aflevering 9, gepubliceerd op 03-03-2022
Bij brief van 10 februari 2022 (nr. 2022-0000040519) beantwoordt de staatssecretaris van Financiën – Fiscaliteit en Belastingdienst (Van Rij) enkele vragen naar aanleiding van twee onderzoeksrapporten over de Fraude Signalering Voorziening (FSV). De vragen hebben betrekking op 1) verwijzingen naar uiterlijke kenmerken; 2) overtredingen van de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG); en 3) de gegevensverstrekking aan het Ministerie van Justitie en Veiligheid.